Het betreft 6 percelen (3 percelen aan beide zijden) van het gedeelte van de straat waar deze aansluit op de KaaistraatDeze percelen liggen buiten de stankcirkel. Aangezien het slechts een gedeelte van de weg betreft, is het plan ook financieel veel aantrekkelijker. Wij zijn bereid dit alternatieve voorstel met spoed bij de P.P.C. aan te kaarten. De heer VAN MIERT: Ik ben blij dat onze suggestie is overgenomen en ik verzoek u ons van de verdere gang van zaken op de hoogte te houden. De heer GABRIELS: Wij zijn niet tegen het alternatieve plan omdat er dan toch weer woningen gebouwd kunnen worden. Onze fractie is echter bena derd door personen die niet in het bezit zijn van één van de 6 betref fende percelen. Zij vinden dat zij verkeerd zijn voorgelicht door de gemeente. Volgens een van de ambtenaren kon er al gebouwd worden, kon er al grond verkocht worden aan derden en kon er al een stacaravan worden geplaatst. Daarna is er een hinderwetvergunning verleend aan de heer Rokx en zitten deze mensnen nu in de zogenaamde "stankcirkel" De heer ERMEN: In de commissie bestuurlijke zaken hebben wij gesteld dat wij akkoord gaan met het oorspronkelijke voorstel van het college. In de commissievergadering gaven wij verder aan dat wij het voorstel van de V.V.D. nader zouden overwegen na de argumentatie van uw college gehoord te hebben en onder de voorwaarde dat het niet zou leiden tot precedentwerking. Toch krijgen wij nu de indruk dat dit aangepaste voorstel tot precedentwerking kan leiden. Wij hebben dan ook grote moeite met de uitzonderingspositie, temeer daar het aan de plaatselijke bevolking bijzonder moeilijk duidelijk te maken zal zijn waarom op het ene perceel wel gebouwd mag worden en op het andere perceel niet. De heer SPRENKELS: Wij sluiten ons aan bij de woorden van het C.D.A. De heer BROUWERS: Wij willen elke mogelijkheid aangrijpen om aan de wensen van de inwoners tegemoet te komen. VOORZITTER: Er zouden door ambtenaren verwachtingen gewekt zijn. Ik kan natuurlijk niet letterlijk weten wat er door een ambtenaar tijdens een gesprek wordt gezegd. Ik weet echter wel dat diverse malen, ook door ambtenaren, is medegedeeld dat het plan bijzonder weinig kans van slagen had, omdat dat uit contacten met de provincie was gebleken. Ik kan mij dan ook niet indenken dat er bepaalde toezeggingen zijn gedaan. Van de plaatsing van een caravan is mij niets bekend. Er is één uitzondering gemaakt voor de opslag van meubels in een loods. De stankcirkel is wel van invloed geweest. Het betreft dan ook een bestemmingsplan met een agrarische bestemming. De bouwaanvraag van de betreffende agrariër moest getoetst worden aan het geldende bestem mingsplan en is dan ook terecht verleend. Ik ben ook van mening dat er geen precedenten geschapen moeten worden. Het gaat hier echter om een plan met een zeer lange geschiedenis. De raad heeft al te kennen gegeven dat men voor woningbouw in de Lijster besstraat is. Wij kunnen m.i. nu niet aanvoeren dat er sprake zou kunnen zijn van een precedent als er een beperkt plan zou komen voor 6 per celen. Ik wijs hierbij op onze pogingen om het bestemmingsplan voor een gedeelte aan de Irenestraat gewijzigd te krijgen. Dat betekent niet dat er daarna aan de gehele Irenestraat gebouwd zou kunnen worden. Ik weet dat het soms moeilijk is de mensen een en ander uit te leggen. De enige uitleg kan zijn dat een bestemmingsplanwijziging in bepaalde situaties wel wordt goedgekeurd en in andere situaties niet. Wij zouden nu één lijn kunnen trekken en stellen dat, wanneer er geen bestemmingsplanwij ziging mogelijk is voor de gehele straat, wij ook geen poging wagen voor een gedeelte van de straat. Wij zijn echter van mening dat wij toch CSV JI

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1991 | | pagina 76