12 Commissie Raadsvergadering 3 0 JUU 1991 d.d Beslissing: Q(Jc varen: daarvoor zijn steekhoudende argumenten nodig en die hebben wij in de vele overlegsituaties over deze kwestie niet vernomen. Opgemerkt wordt in dit verband nog, dat wij bij onze beslissin gen mede hebben overwogen dat met name de braderieën zich in samenhang met het winkelgebeuren dienen af te spelen. Voorts, dat er daarom niet aan te ontkomen valt, dat bij dergelijke evenementen delen van doorgaande routes in aanmerking komen om ook in de toekomst te worden afgesloten. Voor bet gedeelte, dat dan voor afsluiting in aanmerking komt, vinden wij, dat aansluiting moet worden gezocht bij de in bet distributie- planologisch onderzoek (dpo) aangegeven winkelconcentratiege bieden. Voor Rucphen is dat exact dat deel van de Raadhuis straat, waarvan wij de afsluiting hebben toegestaan. De nieuwe zaken, welke de evenementennota heeft geïntroduceerd zijn niet zomaar uit de lucht komen vallen. Zij zijn een gevolg van signalen, welke ons van diverse kanten hebben bereikt. De nota is voorts tot stand gekomen na zorgvuldige voorbereiding, inspraak en behandeling in de commissie bestuurlijke zaken. Wij zijn best bereid op enig moment (nader te bepalen) over te gaan tot een evaluatie en de commissie bestuurlijke zaken daarvan op de hoogte te stellen; vooralsnog echter niet met de intentie om aan de uitgangspunten van de nota te tornen. De heer SPRENKELS: Ik ben blij met het antwoord. Wij willen ook niet aan de uitgangspunten tornen, maar wij willen de werkwijze na een jaar evalueren. VOORZITTER: Dan zijn we het redelijk met elkaar eens. Niets meer aan de orde zijnde sluit de VOORZITTER de vergade ring met gebed. voorzitter. secretaris. •Vv.i V d.drrt SfCret** u

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1991 | | pagina 68