-9-
en onze medewerking verleend. Wel hebben wij als voorwaarde
gesteld dat de betrokken personen geholpen dienen te worden.
Binnen de geboden mogelijkheden dient daarom het maximale
verwezenlijkt te worden. Dat dit niet altijd aan de wensen van
de betrokkenen zal voldoen, is duidelijk.
Gaat uw raad akkoord met het voorstel gezien het feit dat wij
alsnog met Rijkswaterstaat en de provincie zullen gaan
onderhandelen om voor de groep betrokken in zijn geheel iets te
kunnnen doen?
De heer VAN DER MEIJS: Wij verzoeken u vooraf aan te geven welke
gebieden u heeft uitgekozen.
De heer VAN MIERT: Wij verzoeken u nogmaals dit voorstel terug
te nemen om de zaak alsnog te bezien. Wij blijven tegen het
voorstel van uw college.
De VOORZITTER deelt mede dat de aan te wijzen gebieden vooraf in
commissie bestuurlijke zaken behandeld zullen worden en hij
stelt vast dat het voorstel van de V.V.D. in de raad geen
verdere steun heeft. Hierna gaat de raad, met uitzondering van
de leden van de fractie van de V.V.D.akkoord met het voorstel.
20. Verkoop indus- Voorstel tot verkoop van industriegrond aan de heer Brouwers aan
triegrond de Korte Hei 15 te Rucphen
De raad gaat akkoord met het voorstel.
21. Verkoop Gagel- Openbare verkoop van de woning de Gagelriizen 111 te
rijzen 111 StWillebrord
De raad gaat akkoord met het voorstel.
22. Torenuurwerk- Voorstel inzake het toekennen van een vergoeding ter zake van
verlichting door het kerkbestuur R.K. Parochie St. Willebrord te maken
koeten voor het herstel van de torenuurwerkverlichting aan de
Willibrorduskerk te St. Willebord
De raad gaat akkoord met het voorstel.
23. Art. 37 R.v.O. Behandeling van vragen ingevolge artikel 37 Reglement van Orde
voor de Raadsvergaderingen
De heer VISSENBERG: Naar aanleiding van publicaties in de
dagbladen en het lezen van de brief d.d. 18 mei 1990 van G.S.
stel ik u namens de fracties van de PvdA en de Vrije Lijst de
volgende vragen:
1. Heeft u het voorlichtingsadvies uit bovengenoemde brief
opgevolgd en hoe heeft u dat gedaan?
2. Heeft u zowel de omwonenden te Schijf als de omwonenden te
Sprundel uit eigen initiatief op de hoogte gebracht van het
standpunt van GS
3. Heeft u de heer Oomen op de hoogte gebracht van de inhoud van
de eerder genoemde brief van 18 mei j.l. en met welke reden?
4. Welk standpunt neemt u als college na het lezen van de brief
nu in:
a. het college geeft verdere medewerking tot realisering van een
bouw- en sloopafvalbedrijf op de bestemming te Schijf;
