- 14 - De heer VISSENBERG: Wij vragen u erop toe te zien dat in het vervolg de vragen, die volgens artikel 38 van het Reglement van Orde door de partijen worden gesteld, niet meer worden verminkt door het plaatsen van bepaalde tekens of strepen voordat de brieven worden gecopieerd en ter kennisgeving worden gezonden aan de raadsleden. Deze verminking kwam voor op onze brief van 3 juni 1988 aangaande de vraag over de LHNO te Sprundel. Via de pers hebben wij kunnen vernemen dat wethouder Schijven het een stomme brief en totale onzin vond. Gaarne zouden wij van u vernemen of deze wethouder namens het college heeft gesproken. Zo ja, wat is er dan stom aan deze brief en zo nee, wat is dan de mening van de rest van uw college? Als de wethouder voor deze woorden niet zijn excuses aanbiedt, zullen wij in overweging nemen om alsnog onze informatiebron kenbaar te maken, wat een bepaalde partij niet prettig zal vinden. VOORZITTER: Aantekeningen behoren niet op de rond te zenden stukken te staan. Dit was een vergissing en wij zullen het in de toekomst proberen te voorkomen. Wethouder Schijven sprak niet namens het college. Wij geven nooit een kwalificatie omtrent vragen. Het Reglement van Orde schrijft voor dat de antwoorden kort en duidelijk moeten zijn. Wethouder Schijven wenst hieraan niets toe te voegen. De heer VISSENBERG: Wij zullen nu in overweging nemen of wij onze belofte moeten breken door onze informatiebron kenbaar te maken. Niets meer aan de orde zijnde, sluit de VOORZITTER de vergadering met gebed. voorzitter Commissie Raadsvergadering d.d. So.-< secretaris Beslissing:

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1988 | | pagina 85