- 9 -
Men weet dan binnen die perioden welke mogelijkheden er zijn. Op de
financiële mogelijkheden kan dan het beleid worden afgestemd. De tot
nu toe genomen beslissingen zijn door de raad genomen maar wij had
den t.a.v. deze ad-hoc beslissingen geen andere keuze. Eerst dient
bepaald te worden wat het welzijnswerk ons waard is en welke
middelen wij daar tegenover zetten. Daarna kan er een beleid worden
vastgesteld. Wij kunnen niet blindvaren op allerlei maatregelen die
door rijksoverheid genomen worden. Wij vinden steeds oplossingen
voor de diverse tegenvallers door verminderingen van de uitkering
uit het gemeentefonds en afbouwingen van verfijningsregelingen. Dan
wordt niet gezegd dat dit structureel op o.a. de riolering moet wor
den afgewenteld. De heer van Miert vindt dat de bezuinigingen op de
sector welzijn ook in die sector moeten worden opgevangen. Vindt hij
dan ook dat alle middelen die voor bepaalde sectoren binnenkomen,
expliciet voor die sector bestemd zijn en dat er geen overheveling
mag plaatsvinden?
De heer ERMENHet gaat niet alleen om een prijskaartje door te zeg
gen: "dat is het ons in guldens waard". Het gaat ook om een inhoude
lijke afweging en wat ons de inhoud van de diverse werksoorten bin
nen het sociaal-cultureel werk waard is en hoe wij dat relateren aan
het totale beleid van de gemeente, ook in financiële zin. Deze afwe
ging dient steeds plaats te vinden omdat financiële maatregelen
gevolgen kunnen hebben voor het investeringsniveau of de verhoging
van belastingen tot gevolg kunnen hebben. In die verhouding dient de
afweging ook mee te tellen. Pijnlijke keuzes zijn onontkoombaar.
De heer van MIERT: De raad beslist over de besteding van de extra
middelen. Wij vinden het een goede zaak dat er in riolering extra
geld is gestopt.
De heer van der MEIJS: Wij zijn het in grote lijnen met het C.D.A.
en de R.V.P. eens dat er nog heel wat zaken moeten worden afgewo
gen. Wij hebben hier te maken met een college van V.V.D/C.D.A. en
R.V.P. dat de landelijke ideeën van V.V.D. en C.D.A. moet uitdra
gen. Men kan hier niet veel geld uitgeven aan welzijnswerk terwijl
er landelijk flink op wordt gekort.
In de commissie financiën gaf ik aan dat de energiebesparende maat
regelen voor het openluchtzwembad niet doorgeschoven moesten wor
den. U vroeg mij toen er een andere bezuiniging tegenover te zet
ten. Ik denk hierbij aan het groot onderhoud voor sociaal-culturele
accommodaties. De discussie omtrent het openhouden dient nog plaats
te vinden.
VOORZITTER: De discussie omtrent wat het welzijnswerk ons waard is
kan m.i. het best gevoerd worden bij de behandeling van het soci
aal-cultureel programma. Dan dienen er keuzes gemaakt te worden. Het
is niet zo dat wij structureel meevallers gebruiken om bijvoorbeeld
iets te doen aan de riolering. Wij hebben geprobeerd de achterstand
te verbeteren. Vroeger had dit te weinig aandacht.
Wij hebben niet alleen in de welzijnssector bezuinigd. Ook in andere
sectoren zijn bezuinigingen doorgevoerd. Uitstel van onderhoud, min
der frequent aanbrengen van slijtlagen op de wegen, enz. Veel van
het ambitieuze voorgaande programma stads- en dorpsvernieuwing is
niet uitgevoerd of doorgeschoven naar een later tijdstip. Veel van
onze uitgaven staan vast: personeel, sociale uitkeringen e.d.; 80%
tot 90% staat vast, de marges zijn erg klein.
