I I) Uit uw antwoord blijkt dat er een grote terugloop valt te constateren met betrekking tot de kunstzinnige vorming. Het aantal leerlingen (m.u.v. de A.M.V.-leerlingen) is teruggelopen van 157 naar 92. Dat deze terugloop vooral de Roosendaalse muziekschool betreft is o.i. te wijten aan het feit dat de nieuwe subsidiemaatregel lijnrecht tegenover het beleid van deze school staat. Door de maatregel van Rucphen worden er in Roosendaal 31 lesuren minder gegeven. Dit komt neer op 1,25 arbeids plaats. Voor onze gemeente is dit alleen maar voordelig omdat er f 15.000,— minder subsidie bijgedragen behoeft te worden en omdat er voor Rucphen geen wachtgeldverplichting is daar de 2 ontslagen docenten niet beneden hun garantieniveau kwamen. Het is ons bekend dat er vanuit de Roosendaalse muziekschool een verzoek ligt tot het verlenen van een extra bijdrage aan enkele ouders binnen onze gemeente omdat middels de schoolstructuur enkele ouders een groter bedrag moeten bijdragen. Als men ervan uitgaat dat bij nieuwe verordeningen een soepelheid moet wor den betracht, verzoeken wij u dit jaar aan dat verzoek tegemoet te komen Onze doelstelling m.b.t. overheveling subsidie algemene muzikale vorming naar onderwijs was mede gebaseerd op de vraag budgettering naar de onderwijsvorming ten aanzien van godsdienstonderwijs en school zwemmen. Zoals gesteld door wethouder Konings m.b.t. die 2 vormen zien wij ook aanleiding om de muzikale vorming via de basisscholen te finan cieren en te budgetteren. U deelt mede dat de A.M.V. in eerste instan tie een culturele aangelegenheid is. Dit is niet juist, temeer daar duidelijk is gekozen voor muzikale vorming binnen de basisscholen. Misschien is het uitgangspunt te heroverwegen en kan de budgettering via de basisscholen plaatsvinden? Wij zijn blij met uw bereidheid om te bezien in hoeverre leden van muziekverenigingen tegemoet kunnen worden gekomen in de kosten van de opleidingen. Wel blijft voor ons uitdrukkelijk voorop staan dat wij nog steeds de voorkeur geven aan budgetsubsidie per muziekschool (Ouden bosch, Roosendaal en Etten-Leur)Het mag niet zo zijn dat er binnen of buiten onze gemeente allerlei al dan niet erkende muziekinstituten gaan ontstaan die dan weer op basis van de huidige regeling, mede door dit subsidiebeleid, in stand worden gehouden. Er mag geen wildgroei ont staan en een gefundeerd schoolwerkplan dient het uitgangspunt te blij ven. Uw antwoord m.b.t. het al dan niet helpen van muziekverenigingen in de kosten van opleiding van leerlingen is te vaag en te geconditioneerd. Wij constateren dat uw beleid ten aanzien van de muziekscholen en de leerlingen niet rooskleurig is. In het programma s.c.—activiteiten 1989 komen wij hier uitvoerig op terug. Ondanks het feit dat experimenten en incidentele activiteiten als een sluitpost worden beschouwd, is het nu geraamde bedrag het drievoudige ten opzichte van 1988. Welke criteria hanteert uw college? Wij wachten met spanning een kostenvergelijking af tussen de huisves ting van de bibliotheek in de Jacinta-kleuterschool en het jeugdcentrum te St. WillebrordEen vaste bibliotheekvoorziening te Zegge is kosten- technisch niet haalbaar. Men moet zich daar niet te vroeg "rijk" rekenen. U hoopt in het eerste kwartaal van 1989 de sportnota af te ronden. Welke zekerheid kunt u ons hierover geven? Waarom heeft een en ander zo lang geduurd en met uw reactie op de effecten van de nota sportbeleid kunnen wij niet uit de voeten. Eventuele maatregelen zullen toch zichtbare effecten hebben op inkomsten en uitgaven. Graag een nadere toelichting.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1988 | | pagina 299