t 4 - 9 - hieromtrent met het Werkvoorzieningsschap overleg worden gepleegd. Dit overleg zal binnen afzienbare tijd plaatsvinden. Het bouwwerk heeft op dit moment geen functie voor de heemtuin. In hoeverre hiervan in de toekomst bijvoorbeeld een voorlichtingscentrum gemaakt kan worden, is afhankelijk van de financiële ruimte die hiervoor overblijft na de volledige aanleg van de heemtuin. In het totaalplan voor de Vijfsprong wordt nader op dit onderwerp ingegaan. De heer JANSEN: Eind vorige week is de "tijdelijke" parkeerplaats aan De Baanvelden volgereden met steenpuin. Graag willen wij van u vernemen wiens eigendom dit perceel is, of een en ander is toegestaan volgens het bestemmingsplan en of uw college van een en ander op de hoogte was. VOORZITTER: Het perceel is eigendom van de gemeente Rucphen. De ver harding kan worden gevat onder de volgens het bestemmingsplan toegestane verhardingen i.v.m. de buitensport. De werkzaamheden zijn zonder voor kennis of toestemming van ons college uitgevoerd. Wij beraden ons nog over het al dan niet treffen van maatregelen. De heer JANSEN: Onlangs is van gemeentewege het openluchtzwembad ge reinigd en is het afvalwater in de sloot gepompt. Graag willen wij van u vernemen of dat gebruikelijk is en hoe de samenstelling van dat water was. Wethouder SCHIJVEN: Anderhalf jaar geleden is deze vraag ook al aan de orde geweest. De sloot is een zinksloot t.b.v. het zwembad. Het regen water uit het bassin wordt jaarlijks in deze sloot gepompt en bevat geen chemicaliën. Het bassin wordt daarna schoongemaakt met schoon leiding water zonder toevoeging van schoonmaakmiddelen. Het achtergebleven slib wordt met een kolkzuiger opgezogen en afgevoerd. De heer JANSEN: Ik dacht dat de Vijfsprong op de riolering in het buiten gebied was aangesloten en naar mijn idee hoeft dan niet meer van die zinksloot gebruik gemaakt te worden. Wethouder SCHIJVEN: De Vijfsprong is aangesloten op de riolering. Of er in de toekomst nog van de zinksloot gebruik gemaakt moet worden is nog de vraag. Ik zal dit nagaan en u daarvan in kennis stellen. De heer VAN DER MEYS: Twee vragen inzake het jeugdwerkgarantieplan: 1Wat doet onze gemeente op dit gebied? 2. Wat zijn de resultaten tot op dit moment bij eventueel gemeentelijk beleid? Wethouder ERMEN: Het jeugdwerkgarantieplan is nog niet van kracht. In middels is duidelijk geworden dat dit plan waarschijnlijk niet vóór 1 januari 1988 van start kan gaan. Er moet nog zorgvuldig overleg plaats vinden met de sociale partners en bovendien krijgt het plan een wettelijke status, hetgeen een kamerbehandeling vereist. Op dit moment kan derhalve nog niet worden vastgesteld of er inderdaad een jeugdwerkgarantieplan komt. In afwachting van de totstandkoming heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid intussen een tijdelijke voorziening getroffen om gemeentelijke initiatieven voor de aanpak van jeugdwerkloosheid te ondersteunen. Wij zijn van mening dat ook in onze gemeente moet worden onderzocht of in het kader van deze tijdelijke voorziening kan worden vooruitgelopen op het jeugdwerkgarantieplan. De bestuurscommissie sociale zaken heeft ons op dit punt een positief advies uitgebracht. In een van de volgende raadsvergaderingen zalmede op advies van de be stuurscommissie sociale zaken aan u een notitie over dit plan worden aan geboden. Overigens vermelden wij hier graag dat wij in onze gemeente in de afgelopen twee jaren ter bestrijding van de jeugdwerkloosheid diverse werkervaringsprojecten hebben gerealiseerd. Wij hebben daarbij vastge steld dat tot nu toe alle werkervaringsdeelnemers,op een enkele uit zondering na, juist dank zij de opgedane werkervaring zijn doorgestroomd naar een reguliere baan. Die effecten zijn bemoedigend.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1987 | | pagina 48