- 8 -
Er wordt m.i. geen consequent beleid gevoerd ten aanzien van de
wijze van subsidiëring. Aan de ene kant wordt het ledental wel
geteld en aan de andere kant niet.
Ik ben van mening dat het subsidie voor de Mgr. Savelbergstichting
voor 1988 gehandhaafd moet blijven. In 1988 kan dan besproken worden
hoe het daarna verder moet.
De heer VROEGRIJK: Er kunnen m.i. geen prestaties geleverd worden
als daartoe de middelen ontbreken. Verder ben ik blij met de toezeg
ging ten aanzien van de majorettenkorpsen
Wethouder SCHIJVEN: Het college gaat akkoord met het invoeren van
een peildatum per 1 september en een toetsingsdatum per 31 december
voor de telling ten behoeve van het jeugdwerk.
Het college kan altijd specifieke voorwaarden stellen indien de
subsidies niet conform het doel besteed worden. Wij dienen echter
geen aansluiting te zoeken bij de sportsector.
De subsidies zijn ondanks de kortingen nog zeer ruim.
VOORZITTER: Ik stel voor het voorstel met de wijziging zoals
toegezegd door wethouder Schijven (peildatum voor jeugdwerk op
1 september en toetsingsdatum op 31 december waarbij ervan uitgegaan
wordt dat men minstens 4 maanden lid moet zijn) in stemming te
brengen. Wie wenst er een stemverklaring af te leggen?
De heer ERMEN: Het C.D.A. is tegen uw voorstel met betrekking tot
muziekgezelschappen, amateurtoneel en jeugdwerk, jeugdsport en
kindervakantiewerk. Wij gaan wel akkoord met het peuterspeelzaal-
werk.
De heer VROEGRIJK: Ik sluit mij aan bij het C.D.A.
De heer VAN DER MEIJS: Wij gaan akkoord met uw voorstel en willen
een evaluatie na een jaar.
De heer VAN MIERT: Wij gaan akkoord met uw voorstel en wij willen
ook een evaluatie na een jaar.
De heer VISSENBERG: Wij sluiten ons aan bij het C.D.A.
VOORZITTER: Wij zeggen toe het geheel na een jaar te evalueren. Ik
stel voor nu over te gaan tot hoofdelijke stemming over het voorstel
met uitzondering van punt 3. Subsidieregeling peuterspeelzaalwerk
omdat de raad hier unaniem voor is. Hierna schorst de VOORZITTER de
vergadering voor enkele minuten.
De raad gaat over tot hoofdelijke stemming waarbij 6 stemmen tegen
(de raadsleden Ermen, Vermunt, De Jong, Gabriels, Vissenberg en
Vroegrijk) en 12 stemmen voor (de raadsleden Van Miert, Luijkx, De
SmidtKools, Marijnissen, Brouwers, Braat, Jansen, Van der Meijs en
de wethouders Schijven, Verpaalen en Konings) het gewijzigde voor
stel van het college worden uitgebracht. Het voorstel is hiermede
aanvaard
Bijdrage Voorstel tot het toekennen van een bijdrage a fonds perdu van
De Vaart f 3.500,aan de Stichting Gemeenschapshuis De Vaart te Rucphen
De heer VISSENBERG: Wij zijn van mening dat deze stichting een pluim
voor hun inspanningen verdient. De exploitatie van het gebouw is in
goede handen. Wij gaan dan ook akkoord met het voorstel.
Wethouder SCHIJVEN: Ik ben ook de mening toegedaan dat er een dege
lijk bestuur aan het bewind is dat zorgt voor een goede exploitatie.
Hierna gaat de raad akkoord met het voorstel.