L -4- [ingen sew De heer VAN DER MEIJS: Graag wil ik nog terugkomen op de vergadering van de commissie Welzijn van maandag jl. De heer Sprenkels sprak toen zijn bezorgdheid uit over het voortdurend schuiven van medewerkers binnen het sociaal-cultureel werk. Bewust hebben wij hem de kans ge geven zijn bezorgdheid uit te spreken ondanks het feit dat hij direct betrokkene is. Wij vinden het jammer dat de RVP geprobeerd heeft deze bezorgdheid uit zijn verband te rukken. Wij begrijpen best dat wet houder Schijven zeer zware en moeilijke beslissingen moet voorstellen en dat hij die, samen met zijn partij, zo goed mogelijk probeert te onderbouwen. Bezorgdheid om mensen mag niet gebagatelliseerd worden. Vandaar dat wij de emotionele reacties van de wethouder betreuren en de opmerkingen van de heer Marijnissen veroordelen. Wij zitten hier niet voor onszelf maar we voelen ons betrokken bij beleidsbeslissingen die betrekking hebben op mensen. De heer Sprenkels bedoelde dat de bezuiniging op WSW-krachten met veel omzichtigheid moet gebeuren zelfs indien zij elders in WSW-verband kunnen worden ingezet. M Wij vrezen echter dat dit niet bij alle WSW-ontslagen zal gebeuren. Wij vrezen ook dat bij het schrappen van een WSW-kracht bij het baanlozen- werk via de sector welzijn bij eventuele uitbreiding van werk via de sector onderwijs (P.B.V.E. en Jeugdwerkgarantieplan) er straks een tekort zal ontstaan aan personeel. Volgens de hier voorgestelde plannen zal de WSW'-er bij het baanlozen- project verdwijnen en elders een WSW'-er verdringen die misschien ook wel ontslagen wordt. Over enige tijd zit men met een tekort aan perso neel bij het baanlozenwerk. Conclusie: nog is niet bepaald wat het werk bij het baanlozenproject verder zal gaan inhouden, nog is niet bepaald of het baanlozenwerk bij welzijn thuishoort, maar personele consequen ties worden al wel getrokken. Mocht hier al sprake zijn van een beleidsvisie dan is deze o.i. niet gekoppeld aan de personele conse quenties .Verder zijn wij blij met de door u ingebrachte geleidelijkheid bij het korten op de subsidies van de amateuristische kunstbeoefening. Wat minder blij zijn wij met de manier waarop deze toevoegingen worden gelanceerd. Een schriftelijke toevoeging vooraf in de commissie zou juister zijn geweest. Vandaar dat we nu nog meer verbaasd zijn dat de toevoeging nu pas ter tafel ligt. In dezelfde lijn ligt de in de B commissie welzijn gedane mededeling over het aantal WSW'-ers dat even tueel ontslag kan krijgen. Dergelijke opmerkingen moeten niet worden medegedeeld als zoiets toevallig ter sprake komt maar moeten vooraf worden bekendgemaakt. Samenvattend verzoeken wij u eerst duidelijk vast te stellen welke taken het baanlozenwerk erbij zal krijgen, of en waarom het baanlozen werk bij onderwijs komt of bij welzijn zal blijven, welk personeels- plaatje erbij hoort en als laatste pas bezien of er bezuinigd moet of kan worden. Wezenlijke toevoegingen en aanvullende informatie moet tijdig en, zo mogelijk, schriftelijk naar voren gebracht worden. De PvdA gaat akkoord met het bedrag van f 246.000,maar wij wensen voorlopig het behoud van de WSW-kracht bij het baanlozenprojeetDit is o.i. te betalen uit de éénmalige middelen. De heer MARIJNISSEN: De opmerkingen van de heer Sprenkels heb ik niet uit zijn verband gerukt. Tijdens de commissievergadering heb ik mijn verwondering geuit om het feit dat de PvdA bij een vorige commissie vergadering vraagt om al het agogisch personeel te ontslaan en de vergadering daarop pleit om één werknemer bij het baanlozenwerk te

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1987 | | pagina 160