f' -4- X Vragen art.37 Behandeling van vragen gesteld ingevolge artikel 57 van het reglement van glement van or- orde voor de raadsvergaderingen. De heer ERMENïIn de laatstgehouden raadsvergadering is medegedeeld dat het college zal nagaan in hoeverre er gelden kunnen worden uitgetrokken voor het verbeteren van huurwoningen van particuliere eigenaren# Dit naar aan leiding van vragen van de CDA-fraktie in de commissie ruimtelijke ordening. De intentie van het CDA ging eigenlijk verder en met name naar de huurwo ningen die vallen onder de woningstichting Rucphen en woningen die ouder zijn dan 25 jaar en niet onder andere verbeteringsplannen vallen en waar voor een huurder toch enkele aanpassingen, zoals b.v. een douche, wil ver richten# Is het college bereid een en ander ook op te nemen in de subsidie verordening stads- en dorpsvernieuwing? VOORZITTER: Voor een goed begrip hebben wij een aantal zaken nog eens op een rijtje gezet. De op 29 januari 1985 vastgestelde subsidieverordening stads- en dorpsvernieuwing voorziet enkel in de subsidiering van de verbetering van particuliere woningen. De reden van opneming van deze categorie vloeit rechtstreeks vóórt uit het feit, dat de Beschikking geldelijke steun ver betering particuliere woningen per 1 januari 1985 is vervallen en dat deze categorie uitdrukkelijk is gebracht onder de werking van de Wet op de stads- en dorpsvernieuwing. Ten aanzien van huurwoningen van de woningstichting gold en geldt de Rege ling geldelijke steun uit 's-rijks kas voor groot onderhoud en verbetering van complexen van woningen. Op grond van deze regeling heeft de woning stichting het beleid ontwikkeld om alle woningen, die 25 jaar oud zijn of worden, voor te dragen voor groot onderhoud en/of verbetering met rijks subsidie. Bij deze subsidiëring gelden de volgende uitgangspunten: - van de kosten van groot onderhoud wordt 1/3 gesubsidieerd; 2/5 van deze kosten blijven ten laste van de woningstichting; - voor verbeteringen, die het voorzieningenpeil van de woning verhogen (doorgaans een relatief klein deel van de totale kosten) geldt, dat een kostprijsdekkende huurverhoging wordt toegepast. Daarnaast kennen we nog de Regeling geldelijke steun voorzieningen aan particuliere huurwoningen 1985* Met opzet is die categorie gehouden buiten de werking van de Wet op de stads- en dorpsvernieuwing. Qndat er weinig particuliere huurwoningen in deze gemeente aanwezig zijn, zal op deze re geling slechts sporadisch een beroep moeten worden gedaan. Daarvoor moet dan van hogerhand wel contingent zijn toegewezen. Met genoemde regelingen zijn onder de nodige restricties praktisch alle denkbare categorieën woningen onder een verbeteringsregeling gebracht. Wanneer U vraagt om een regeling voor verbeteringen, die door huurders in hun huurwoningen worden aangebracht, dan hebben we het over: a. mensen, die een verbetering/groot onderhoud door de woningstichting niet willen afwachten; die woningen zullen - gelet op het beleid van de woningstichting - echter nog geen 25 jaar oud zijn en dus buiten de regeling vallen; b. personen, die het groot onderhoud/verbetering door de woningstichting niet voldoende vinden en daar zelf nog iets aan toe willen voegen0 Het college is van mening, dat we in zo'n geval toch wel erg incidenteel bezig zónden zijn; een regeling voor deze categorie acht het college der halve niet op zijn plaats. Ik wil nog opmerken, dat er zeker geen bevoorrechting plaats vindt van eigenaren ten opzichte van huurders. In beide gevallen geldt, dat slechts een deel van de kosten wordt gesubsidieerd; in het ene geval zal dat deel wat groter zijn dan in het andere. Wat wel opvallendis, is dat: - achterstallig onderhoud van eigen woningen niet wordt gesubsidieerd, terwijl dat bij huurwoningen wel gebeurt voor 100%); - specifieke verbeteringen, zoals b.v. het aanbrengen van een douche, bij huurwoningen worden betaald via een kostendekkende huurverhoging terwijl hiervoor bij eigen woningen een niet kostendekkende subsidie geldt. Volgens informatie van de woningstichting zijn thans alle wonin gen van de woningstichting van een douche voorzien.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1985 | | pagina 49