Bij de waarlijk niet geringe problemen waarvoor wij staan is dat
toch een compliment waard.In Uw ambtsperiode heeft U twee gemeente
raden gediend en met twee burgemeesters samengewerkt.Dat vergt aan
passingsvermogen en geestelijke lenigheid. Over de periode van mijn
voorganger kan ik niet oordelen maar ik wil graag mijn erkentelijk
heid uitspreken voor de manier waarop U met mij als voorzitter van
de raad wilde samenwerken en ik wil dat met nadruk hier doen, op de
ze plaats en voor dit forum.
Het dagelijks contact tussen voorzitter en secretaris van een be
stuurscollege zal van geval tot geval verschillen maar veelal anders
verlopen dan velen zich voorstellen. Bij ons ging het meestal zo dat
ik Uw kamer binnen kwam vliegen omdat mij iets te binnen was gescho
ten, omdat ik iets over een brief wilde zeggen of weten, omdat ik
een telefoontje had gekregen of omdat ik gewoon iets geregeld wilde
zien. En dat gebeurde dan ook altijd. Wij hadden, gelukkig zeg ik,
dan niet veel woorden nodig.Wij begrepen elkaar. Wat ik zo waardeer
de was dat ook bij deze binnenvallen U Uw goed humeur bewaarde.U
liet in ieder geval nooit merken dat ik ongelegen kwam.Achteraf be
sef ik dat ik daar wel eens naar had kunnen vragen. Ik haalde U al
tijd onverwacht uit Uw werk. Mijn verontschuldigingen alsnog voor
dat binnenvallen. Maar als ik het had gevraagd was ik altijd welkom
geweest, zo ken ik U intussen. Want U kende mij en U weet dat mijn
ongeduld zwaar op de proef wordt gesteld indien een zaak niet direct
wordt afgedaan. Onze contacten waren daardoor veel en intensief,
maar nooit langdurig. Toch werden de zaken niet vluchtig afgedaan of
besproken, daar stond U zelf wel borg voor.Uw werk was altijd gede-
gen.Dank daarom voor Uw geduld met mij en de prettige samenwerking.
Dank ook dat U nooit op Uw strepen ging staan omdat ik mij met zaken
bemoeide die des secretaris waren. U loste dat moeiteloos op waar
door conflicten konden worden voorkomen want ik weet dat de verhou
ding burgemeester-secretaris elders niet altijd even probleemloos
verloopt.
Wij nemen vandaag geen afscheid van de gemeentesecretaris want die
kunnen wij niet missen.Wij nemen afscheid van de heer Geerts.Wij ne
men afscheid van een mens die wij als mens hebben leren waarderen.
Mijnheer Geerts, U bent een bevoorrecht mens.Ruim 39 jaar werk te
mogen doen wat Uw interesse had, waar hart en verstand mee bezig
konden zijn. Het is wellicht een ouderwetse opvatting te zeggen dat
je werk een belangrijk onderdeel van je geluk in je leven uitmaakt.
Ik ben die mening echter toegedaan en vraag het ook maar aan diege
nen die geen werk hebben en veel zouden willen doen om weer in het
arbeidsproces te worden opgenomen. U kunt nu terugzien op een geluk
kig werkzaam leven en dat geeft veel voldoening.
Mevrouw Geerts, ook U wil ik danken want ik weet wat het betekent
secretaris van een gemeente te zijn en tegelijk huisva«\ier.Hartelljk
dank van de kant van de gemeente en mij persoonlijk.
De vroegere burgemeester van Margraten, de heer Michels van Kessenich
heeft eens gezegd: gezond verstand en een zeker gevoel van luiheid dat
heeft een secretaris nodig. Gezond verstand,ik heb het al gezegd,
heeft U zeker maar lui dat bent U even zeker niet en toch was U een
voortreffelijk secretaris. U regelde veel maar niet alles. Want als
een blijvend teken van waardering hebben burgemeester en wethouders
besloten U de erepenning van de gemeente Rucphen toe te kennen. Wij
hebben dat gedaan over U en zonder U. Het is mij een voorrecht U de
ze hierbij te overhandigen. Op de penning staat: "Voor secretaris
H.J.A.Geerts. Voor zijn grote werkijver en dienstbaarheid in beschei
denheid." De oorkonde die bij deze erepenning behoort luidt als volgt:
"Burgemeester en vethouders van de gemeente Rucphen hebben in hun
"vergadering van 11 december 1985 besloten aan de heer Henricus Jo
hannes Antonius Geerts,geboren op 22 januari 1925 te Ginneken en
"Bavel, wonende te Rucphen, toe te kennen de erepenning van de ge
beente Rucphen, ingesteld bij raadsbesluit van 31 oktober 1958.
"De toekenning geschiedt voor zijn bijzondere verdiensten voor de ge
beente Rucphen gedurende 32 jaar, waarvan 16 jaar als hoofd van de