-35- ig gesteld doc islid/-leden: gesteld doc islid/-leden: :eieen Belang a. de verhuis van de MG.naar Vijverstraat is niet als integratie bevorderend te zien noch te verdedigen; h. financieel kan worden aangenomen, dat op korte termijn de herhuisvesting voor het rijk budgettair neutraal zal zijn, doch op langere termijn gezien is dit zeker niet het geval. In een afsluitend gesprek is een en ander bevestigd en is afgesproken dat het bestuur van de school zich eerst zal gaan beraden. Intussen kan worden medegedeeld, dat dezer dagen bericht van het ministerie O.en W. is ontvangen (copie van brief aan het stichtings bestuur), dat het verzoek om toestemming voor verbouw van het gebouw aan de Vijverstraat voor huisvesting van de MG.school is afgewezen, omdat de aanvraag niet op het integratie gerichte karakter berust. Bovenstaand heb ik u de gang van zaken geschetst. Er zal aan het gebouw van de MG.school achterstallig onder-houd moeten worden gepleegd, doch hiervoormoet door het bestuur worden gereserveerd uit het bedrag per leerling. Indien de huidige M.G.school moet worden aangepast in het kader van de integratie, zullen de daarmede verband houdende kosten worden vergoed door het rijk. Andere aanpassingen/verbouwingen enz. zullen worden beschouwd als noodzakelijk onderhoud. Onze grootste zorg bij leegkomende lokalen zal zijn er een rendabele bestemming voor te vinden. Daarbij zal zeker de nodige samenwerking plaatsvinden tussen gemeente-schoolbesturen en sociaal- culturele centra. ONDERWERPBedrag per leerling ex art,101 L.O.-wet 1920 ANTWOORD: liet de fractie van de Y.V.D. is het C.D.A. van mening dat het onder wijs boven alles prioriteit verdient en dat de vergoeding per leer ling in de toekomst niet (verder) omlag mag worden gebracht. Wij delen deze zorg van goede onderwijsvoorzieningen en zijn van mening dat zoveel mogelijk een aantasting van de kwaliteit van het onderwijs moet worden voorkomen. Of het bedrag per leerling in de toekomst" op hetzelfde peil kan worden gehandhaafd, zal mede afhangen van externe factoren, zoals eventuele verdergaande ombuigingsmaatre gelen door het Rijk. Wij kunnen geen garantie geven op dit punt. Ook in de onderwijssector zal een kritische afweging moeten plaats vinden tussen wat wel en niet noodzakelijk is. Wij denken hierbij b.v. aan de randvoorzieningen van het onderwijs, zoals zwemonder wijs en schoolbegeleiding. ONDERWERP: vergoeding exart.13 LO.wet 1920 naar Vrije srohool in Breda. ANTWOORD: Het feit, dat aan de ouders van de kinderen, die de Vrije School in Breda bezoeken een kilometervergoeding wordt gegeven, is gebaseerd op een uitspraak van de Kamer uit Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant ter behandeling van administratieve geschillen ingevolge de Lager Onderwijs wet 1920 d.d. 13 september 1982 (beroepszaak Schim), waarbij wordt gesteld, dat een tegemoetkoming moet worden verleend in het kader van auto-vervoer, welke dient te worden bepaald op een zeker bedrag per verreden kilometer. In de beide gevallen worden de tarieven gehanteerd, vermeld in de Reisbeschikking Nederland.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1983 | | pagina 171