a.Wijziging Alg.
Ambt.regio
b. Vaststelling 0ver4
legverordening.
I Afwijzing verzoek
schoolbegeleidings
dienst om extra kre
diet voor bu-o.
a„ Voorstel tot wi.iziging van het Algemeen Ambtenaren-reglement der
gemeente Rucphen.
b. Voorstel tot vaststelling van een Overlegverordening.
Zonder enige opmerkingen besloot de raad overeenkomstig de voorstellen.
Voorstel tot afwi.izing van het verzoek van de Stichting Schoolbegelei
dingsdienst Westelijk Noord—Brabant (SqBqD.) tot beschikbaarstelling
van een extra krediet van 5998.= voor de psychologische begeleiding
van het buitengewoon onderwijs.
A.SCHIJVEN: ik kan er in meegaan, dat wethouder Brouwers namens het
college het standpunt huldigt dat de bezuinigingsmaatregelen, voorge
steld door de overheid, binnen de voorgestelde termijn dienen te worden
doorgevoerd. Maar ook met de argumentatie van de schoolbegeleidings
dienst met betrekking tot het buitengewoon onderwijs dient toch enige
rekening te worden gehouden. Door bepaalde oorzaken, genoemd in de ter
inzage gelegde stukken is het eigenlijke overleg tussen de betrokken
gemeentebesturen en de S.B.D. pas op 2 oktober 1981 op gang gekomen,
terwijl de werking van de bezuinigingsmaatregel gepland was op 1 janu
ari 1982. Dit duidt op een termijn van nog geen drie maanden,waarin ge
zocht moest worden naar een afvloeiingsregeling.
Aan de argumenten van de SBD, als zou er sprake zijn van onbehoorlijk
bestuur door het college en het niet bereikbaar zijn van de burgemees
ter hecht ik overigens geen enkele waarde,aldus de heer Schijven.
Wel heb ik vernomen, dat de gemeente Bergen op Zoom wil terugkomen op
het reeds eerder ingenomen standpunt. Daarom wil ik het college verzoe
ken om alvorens nu een besluit te nemen nog eens met de gemeenten Ber-^
gen op Zoom en Roosendaal overleg te plegen om te komen tot een eenslui
dend standpunt en dat dan t.z.t. aan de raad voor te leggen voor het
I nemen van een beslissing.
De heer VRÖEGRIJK verklaarde het volledig eens te zijn met het voorstel
van B. en W. De bezuinigingsmaatregelen die door het Rijk worden geno
men zijn bedoeld voor heel het land, dus ook voor onze gemeente en deze
dienen nagevolgd te worden. Wanneer door die bezuinigingsmaatregelen
bij bepaalde instanties tekorten ontstaan kan men niet verlangen dat die
door de gemeenten worden opgevangen; dan zou men ook niet meer van een
totale bezuiniging kunnen spreken,zoals de nota terecht zegt.
Zouden we dat wel doen, aldus de heer Vroegrijk, dan ben ik het eens
met de opmerking van een vertegenwoordiger van de gemeente Roosendaal,
dat er dan een precedent geschapen zou worden dat dan tot gevolg zou
kunnen hebben dat de gemeenten op de duur zelf in financiële moeilijk
heden zouden geraken.Wij kunnen daarom niet begrijpen dat de S.B.D.
hier geen rekening mee heeft gehouden en ook niet dat zij bij het op
stellen van hun begroting 1982 geen rekening heeft gehouden met de ge
wijzigde vergoedingsregeling, waarvan zij kermis had en ook nog ten
overvloede hierop door de gemeente Roosendaal was attent gemaakt.
Het is toch geen normale werkwijze, dat wanneer men bij het opstellen
van een begroting de wetenschap heeft,dat men voor een bepaalde post
I minder kan besteden, men deze post dan niet aanpast maar zich blijft
baseren op bepaalde verwachtingen. Wij vinden dat men heden ten dage
een dergelijke gok niet meer kan wagen gezien de economische situatie.
Als ik goed ben ingelicht, aldus de heer Vroegrijk, heeft dit alles
geen consequenties meer voor het ontslag van een personeelslid omdat
de S.B.D. per 1 maart 1,982 de beschikking heeft gekregen over de gelden
I voor twee extra formatieplaatsen te StoWillebrord,Sprundel en Schijf
voor het glo). Als deze gelden mede gebruikt mogen worden voor de
I tekorten zou dit voorstel overbodig zijn, zo betoogde dit raadslid.
I Wethouder BROUWERS:
Wat het "onbehoorlijk bestuur" genoemd in het schrijven van de S.B.D.
betreft zou ik dit willen zeggen.