I-3- ring en de Kamer duidelijk moeten maken dat teruggekomen dient te wor-. den op deze voor de regio, voor Brabant, heilloze beslissing. Wy zui len ons samen sterk moeten maken als Brabant en als gemeenteraad van Rucphen. Daarom is het nodig daii er een gezamenlijk standpunt komt van onze raad. Ik stel U voor een motie aan te nemen, die nu aan U zal wor den uitgereikt, aldus de voorzitter. De vergadering werd vervolgens voor enige minuten geschorst opdat de raadsleden van de motie kennis konden nemen en desgewenst konden rea geren op de verklaring van het College. Hierna las de voorzitter de volgende motie voor: De raad van de gemeente Rucphen; in openbare vergadering byeen op 2 maart 1982; kennisgenomen van de mededeling van Gedeputeerde Staten van Noord-Bra bant van 19 januari 1982 dat naar hun mening een beperkt naar voren halen van het zwaartepunt in de woningbouwproductie blijkens een ana lyse van de woningzoekendenlijst aanvaardbaar is; voorts van het feit dat Gedeputeerde Staten voornoemd vanuit dit oog punt de richtgetallen voor de gemeente Rucphen over de periode 1982 tot en met 1984 hebben vastgesteld op 200 woningen per jaar; voorts kennisgenomen van de ongekend geringe woningtoewijzing voor 1982 door de Adviescommissie Verdeling Rijkssteun Woningbouw in Noord- Brabant aan de gemeente Rucphen; in het besef dat in de gemeente Rucphen ruim 800 woningzoekenden ge registreerd staan, dat ongeveer 1200 bouwvakkers in de gemeente werk loos zijn en dat de gemeente beschikt over een ruime voorraad bouwgrond; nodigt burgemeester eri wethouders uit: 1. aan de Adviescommissie Verdeling Rijkssteun Woningbouw in Noord-Bra bant mede te delen, dat de geringe toewijzing voor de gemeente onaan vaardbaar is; 2. Gedeputeerde Staten te verzoeken met de Minister van Volkshuisves ting en Ruimtelijke Ordening en met de Adviescommissie in overleg te treden ter verkrijging van regie mogelijkheden voor realisering van een woningbouwprogamma dat hun instemming heeft; 3. de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening te verzoe ken aan de gemeente Rucphen met haar specifieke noden extra midde len te verstrekken. De raad van de gemeente Rucphen. Na voorlezing van de motie reageerden de volgende raadsleden: De heer CLAESSEN: De fractie van de Centrale Werknemerslyst ondersteunt deze motie. De ingediende rondvraag over deze problematiek trek ik hier- by in. De heer VAN GINNEKEN: De Rucphense Volksparty steunt deze motie. Ook de door ons gestelde rondvraag kan vervallen. Toch willen wij Minister van Dam er aan herinneren dat hy by dag en onty de toenmalige staats secretaris Brockx achtervolgde en steeds verweet dat hij een slecht bouwbeleid voerde. Geef ons de heer Brockx maar terug. Wat van Dam mo menteel presteert lijkt wel op "de achterkant van het gelijk". De heer GABRIELS: De gemeente denkt 200 woningen per jaar te kunnen bouwen. Dit is naar myn mening geen haalbare kaart. In de particuliere sector is momenteel weinig animo. De woningbouw zal geheel door de Woningstichting moeten gebeuren. Volgens de Woningstichting is er een wachttijd van 4^5 jaar. Een droevige zaak. In de toekomst zal dat nog wel langer worden. De motie -hoewel zy te zwak is opgesteld- willen wij steunen. De heer LTJIJKX: Ook wy steunen deze motie. Evenals Gabriëls vinden wij 5' dat de motie wel "harder" had kunnen zyn.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1982 | | pagina 17