-2- gesubsidieerde woningbouw. Ik heb goede hoop dat het kabinet zal be sluiten de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelyke Ordening van extra geld te voorzien, zodat e± tussen de 3 5000 woningen extra gebouwd zullen kunnen worden. Deze kunnen dan worden toegewezen aan de zwakkere regio's. Daar hoort ook Noord-Brabant toe, gelet op de grote woningnood en grote werkloosheid die daar heersen. Tijdens een bijeenkomst in het Provinciehuis is daar nog eens nadrukkelijk op gewe zen. De vraag naar goedkopere huur- en koopwoningen is groot in onze ge meente. Juist door de hoge werkloosheid in Rucphen kunnen de mensen de eigen, ongesubsidieerde woning niet meer betalen. Jarenlang heeft men vooral in Brabant eigen woningen gebouwd -Rucphen heeft 65% eigen woningen- en dus veel minder een beroep gedaan op rijkssubsidie voor woningwetwoningen dan in het westen van ons land. Daarom eisen wij nu het recht op eens wat extra woningwetwoningen te krygen. Ik wijs er bovendien op dat er problemen ontstaan met onze bestemmings plannen. De provincie heeft bezwaren tegen enkele bestemmingsplannen die wij ter goedkeuring hebben ingezonden. De bezwaren richten zich op de economische haalbaarheid. Het aantal niet-gesubsidieerde woningen zou te groot zyn. Het aantal gesubsidieerde woningen —de sociale wo ningbouw dus- zal moeten toenemen. Waar zijn we mee bezig? De ene hand geeft ons minder gesubsidieerde woningbouw en de andere hand keurt onze bestemmingsplannen niet goed. De ingezonden plannen zyn naar onze mening economisch haalbaar. Wij willen het zo houden. Het is onzin met deze plannen problemen te maken en te stellen dat daarin meer gesubsi dieerde woningbouw moet, als wij anderzijds vanuit Den Haag die gesub sidieerde woningbouw niet eens met mondjesmaat, maar zelfs helemaal niet krygen. Bovendien moet in aanmerking worden genomen dat de meer draagkrachtige mensen de grote steden willen verlaten en daarom een ongesubsidieerde koopwoning in Brabant laten bouwen. In de grote steden ontstaat zo een verhuisketen terwyl de sociale woningbouw ook nog eens extra wordt ge* stimuleerd. Zonder de problemen van de grote steden te ontkennen stel ik dat deze verdeling van rykssteun onrechtvaardig is en volstrekt voorby gaat aan de grote nood in onze regio. Het is voor my de vraag of de grote steden de extra contingenten aankunnen. Ik meen te mogen stellen dat ik dat enigszins, althans voor Den Haag, kan beoordelen. Ik sta in de ze mening niet alleen, want in de Kamer hebben verschillende leden hierover ook hun twyfel uitgesproken. De Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelyke Ordening heeft in de Kamer gezegd, dat minder woningen voor de grote steden de regio niet zal helpen: Voor Brabant betekent dat slechts 416 woningen extra. Ik vind dat geen redenering. Zo doorgaande kun je Brabant ook niets geven, want wat zijn 10 woningwetwoningen nog voor Rucphen? Herverdeling plus extra woningen in het bouwprogamma kunnen juist heel belangrijk zyn. Een voorbeeld: In het bestemmingsplan "de Louwen" zijn plannen voor 19 woningwetwoningen ingediend. By 10 woningwetwoningen is het plan niet haalbaar; een nieuw plan moet dan worden gemaakt en de woningen worden duurder, vanwege nieuwe architectskosten en een andere prysopgave van de aannemer. Dus slechts 9 woningen extra maken het plan wel uitvoerbaar. Het is dus wel degelyk zo dat een paar wo ningen ons helpen. Bovendien helpt het de woningzoekenden. Elke woning is er één en je zult er al jaren op wachten. In Etten-Leur is de wacht- tyd van 2 jaar al naar 3 jaar uitgegroeid. In onze gemeente is een wachttijd van 3 jaar al heel normaal. Met het nu toegewezen aantal moe ten we uitgaan van een wachttyd van 5 S. 6 jaar. Daarom zullen wy de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelyke Orde ning duidelijk moeten maken dat deze toewijzing echt niet kan. De pro vincie en de gemeenten zullen hier 4ên lijn moeten trekken en de Rege-

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1982 | | pagina 16