leving, te beïnvloeden,laat staan aan te pakken. Daarom dient de over heid - en de gemeente mag dat niet overlaten of afschuiven op de rijks overheid alleen - een lange-termijn-beleid te ontwikkelen,waarby scho ling,werk en huisvesting centraal staan. De overheid kan dat echter niejt alleen,Medewerking van werkgevers en van vakbeweging is hierby noodza kelijk. Het onderwijs moet beter gaan aansluiten bij de vraag naar ar beidskrachten en een verlenging van de leerplichtige leeftijd kan als een tweesnijdend zwaard werken: betere opleiding en meer aansluiting op de vraag en dus betere kansen voor jongeren, daarnaast minder ooncu&n- tie op de arbeidsmarkt van goedkope arbeidskrachten, dus meer mogelijk heden voor oudere werkzoekenden. Als wij gezamelijk hier voor gaan staan, als wij allen hieronder de schouders zetten dan moet het lukken. Wij moeten vechten tegen onverschilligheid; wij moeten vechten tegen het ieder voor zich; wij moeten vechten tegen de opvatting,dat mensen alleen meetellen als zij prestaties leveren; wij moeten vechten voor mensen, die tussen wal en schip dreigen te geraken; wij moeten vechten tegen de verleiding om alleen op te komen voor het eigen belang. Dan zullen wij ontdekken en ervaren hoe je wanhoop in hoop, ongeloof in geloof en apathie in liefde kunt omzetten. En juist in een tijd als de advent, pastor van Beek wees daar op, moeten wij die verwachting en die hoop en dat vertrouwen hebben. Dan zetten wij ons in voor een maatschappijvoor een gemeenschap,waarin mensen gelijkwaardig zijn,hoe verschillend zij ook denken en zijn. Dan zetten wij ons in voor een samenleving waarin oorzaken van onvrede en geweld worden opgespoord en zo mogelijk worden weggenomen. Dan zetten wij ons in voor een samenleving waarin macht en invloed gespreid zijn. Dan zetten wij ons in voor een maatschappij waarin burgers zich voor el kaar inzetten,elkaar willen helpen en eikaars zorgen willen delen. Dan zetten wij ons in voor een gemeenschap waarin wij gezamelijk verant woordelijk zijn en waaraan wy gezamelijk willen bouwen. Dat zal zeker in de moeilijke financieel-economische tijden, die voor ons liggen niet eenvoudig zijn. De rijksoverheid wil het financieringstekort terecht terugdringen,daarom sal er bezuinigd moeten worden.Als iedereen daaraan mee moet doen,en dan iedereen naar draagkracht,dan zou men daar vrede mee kunnen hebben. Maar de gemeenten leveren extra in. Niet alleen worden de uitkeringen uit het gemeentefonds minder maar de decentrali satie van taken gaat niet samen met de daarbij behorendeJgelden.Dat is zorgwekkend want de gemeenten hebben eigenlijk nauwelijks mogelijkheden om de eigen inkomsten op te voeren. De stijgende energiekosten,de stij gende prijzen, de feitelijke daling van de inkomens van de mensen dwingen de gemeenten terughoudend te zijn bij de vaststelling van gemeentelijke be lastingen en andere heffingen. Bezinning op bestaande uitgaven is altijd goed en zeker nu geboden maar het bestaande voorzieningen-niveau mag niet onaanvaardbaar worden aange|- tast en dat dreigt wel,want al enige jaren worden de gemeentelijke uit gaven kritisch bekeken en is er gewerkt met "oud voor nieuw" operaties. Bezuinigingen bij de gemeenten werken veelal direct door bij de burgers. Natuurlijk zijn de problemen voor het rijk groot,maar die van de gemeen ten mogen er ook zijn en de rijksoverheid dient te bedenken,dat de gemeen ten niet beschikken over een extra inkomstenbron als het aardgas. Gemeenten,provincie en rijk zullen de problemen gezamelijk aan moeten pakken,maar dan ook samen de lasten moeten dragen. Mevrouw,mijne heren van de raad. Wij staan samen voor de taak de gemeerd- te te bes turen. Wij zijn allen een onderdeel, een radertje, in een groot geheel en dat geheel draait slechts goed als wij bereid zijn tot samen werken. Samenwerken betekent vaak meer geven dan nemen,samenwerken be tekent ook op elkaar aan kunnen en op elkaar vertrouwen. Dit kan, ondankjs 1 politieke verschillen van opvatting,als wij bereid zijn naar het goede zoeken in die andere opvattingen. Verschillen zullen niet altyd over brugd kunnen worden maar wy zullen de verschillen niet moeten opblazen, nog minder mogen wy de verschillen tot blijvende verdeeldheid laten lei den. Over politieke muren heen zullen wij de bereidheid tot construc tief samenwerken moeten blijven houden. Gaarne wil ik hier ook uitspreken dat ik hoop en verwacht goed te kunn samenwerken met de ambtelyke medewerkers en op hun medewerking te kunn rekenen.Voor een goed functioneren van het gemeentebestuur is dat essen tieel. Het lokale bestuur staat dicht by de burgers.Het gemeentebestuur beïnvloedt het leven van alle dag,het raakt de burgers steeds. Daarom dienen de mensen zo goed mogelijk te worden ingelicht over het doen en laten van de gemeente,over beslissingen van het bestuur. Hier ligt een belangrijke taak voor de media, de pers en eventueel de regionale omroep. Maar journalisten kunnen hun werk alleen maar goed doen als zy tydig en volledig voorzien worden van informatie en als de gemeentelijke overheid hen daarbij zo open mogelijk tegemoet treedt. Van onze kant verwachten wij dan een objectieve berichtgeving en, indien no dig, positieve kritiek. Voor nadere toelichting en informatie over het beleid zal ik steeds voor de journalisten open staan. Op deze wijze hooj en verwacht ik met de media goed te kunnen samenwerken. Het zal vanuit diezelfde wil tot samenwerken zijn,dat ik de buurgemeente tegemoet zal treden.Uit de vriendelijke woorden die gesproken zijn doo de plaatsvervangend voorzitter van het streekgewest begrijp ik,dat die wil tot samenwerken en die positieve opstelling er zullen zijn.Evenzee bijzonder dankbaar voor de hartelijke woorden gesproken door burgemeeste van Twaalfhoven namens de buurgemeenten en het Markiezaat. Ik heb de ds turn al in mijn agenda genoteerd.De brief erover is al ontvangen.Ik heb goede nota genomen van de ongeschreven wet dat je niet mag ontbreken. Er zijn grensoverschrijdende zaken,die wij gezamelijk zullen moeten aan- pafcken.Daarbij mogen wij slechts één doel voor ogen hebben: de belange" van onze burgers. Ik zal de buren open en constructief tegemoet treden< Ik reken op eenzefde benadering. Mijnheer de waarnemend burgemeester. Het college is weer compleet.Ik dank U en de andere leden van het college voor Uw inzet in de afgeloper maanden. U hebt extra werk moeten verzetten.Ik denk dat ik namens de raad spreek als ik U en Uw collega's hiervoor thans hartelijk dank. Wij zijn weer een compleet team.Er wacht ons veel en zwaar werk,maar het is werk dat waard is om gedaan te worden. Laten wij beginnen, de bevolking van Rucphen wacht op onze daden. Het beleid zal, zo hoop ik, zijn: bewogen,betrouwbaar en toekomst-gericl Laten wij ons gezamelijk op weg begeven. Nederig vraag ik Gods milde zegen tijdens onze tocht. U vraag ik ook te bidden dat Zijn zegen op ons gezamelijk werk zal rusten. Ik wil afsluiten met een enkel woord tot mijn Haagse vrienden die ge sproken hebben. U heeft een typering gehoord van de voorzitter van het CDA Den Haag.Hij heeft lang met mij samengewerkt en ik heb begrepen toi! zijn tevredenheid. De gemeente-secretaris zal mij niet aan mijn jasje behoeven vast te houden.Als voorzitter kun je natuurlijk niet uit je stoel komen.Ik heb er misschien wel enige moeite mee maar ik zal er mi; niet aan onttrekken. Hartelijk dank voor de zeer vriendelijke woorden. En dan wethouder Roebroek die namens het gemeentebestuur van Den Haag heeft gesproken. Ferdinand,onze samenwerking is ook al heel lang. Ik vind dat wij voortreffelijk met elkaar hebben kunnen optrekken.Jouw woorden van vriendschap hebben mij erg aangesproken.Ik ben daar blij 01 Ik ben ook bijzonder blij met de herinnering die ik blijvend aan Den Haag zal hebben, een stad die ik uiteraard als geboren en getogen Hage naar niet uit het oog zal verliezen.Ik ben ook blij,dat je de wethouder en de gemeente-secretaris hebt voorzien van de Haagse das om ook hen voortdurend te laten beseffen dat er ook nog een Den Haag is maar dan een ander Den Haag,dat wij in deze gemeente hard nodig hebben. Ik wens jou,Ferdinand,ook bijzonder veel succes toe in Den Haag.Ik hoo; dat het de hele stad goed gaat, het gehele gemeentebestuur maar vooral jou in de zo mooie maar zware portefeuille van maatschappelijk welzijn volksgezondheid en wijkaangelegenheden. Ik ben bijzonder blij dat vele vrienden uit het ambtelijk Den Haag hier aanwezig zijn. Ik dank jullie daarvoor hartelijk. Ik hoop dat wij elkaar nog regelmatig zullen ont moeten. Eén van de opdrachten van de raad is regelmatig naar Den Haag

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1981 | | pagina 93