-4-
Dit heeft ook voor de gemeente consequenties# De mensen kunnen
maar tot een bepaalde belastingcapaciteit betalen. Moet men meer
betalen als bijdrage voor het waterschap dan blijft er minder
ruimte over voor andere belastingen,die de gemeente heft#
De subsidies hebben wij in de eerste plaats gekregen voor de werk
loosheidsbestrijding. We hebben voor de zuiveringsinstallaties
gekozen omdat milieu een bijzonder urgente zaak is#
Wij gaan van het principe uit"de vervuiler betaalt".. Bij over
dracht wordt de bijdrage omgeslagen over alle inwoners van West-
Brabant. Dat is een onbillijke zaak. Nu industrieën weigeren af
te voeren via de bekende "smeerpijp" (ƒ.80.miljoen) wordt deze
super-onrendabel. Voor de zeer hoge kosten van deze smeerpijp
mogen alle West-Brabanders mee gaan betalen.
Wanneer onze installaties verrekend zouden worden conform de wij
ze waarop woningwetwoningen worden overgedragen dan zou er een
heel, ander en veel redelijker bedrag uit de bus komen. Wij heb
ben geen behoefte aan overdracht en gaan deze zaak dan ook voor
leggen aan de Kroon.
De raad besloot hierna conform de punten 1 t/m 4 van het ter zake
gedane voorstel van burgemeester en wethouders.
Nota inzake de concept-structuurschets voor de bestuurlijke inde
ling van Nederland#
Het is misschien verstandig,aldus de voorzitter, teneinde de dis
cussie zuiver te houden, om nog eens precies te zeggen waar het
bij dit agendapunt om gaat. We praten namelijk over een structuur
schets ontworpen door de Ministers van Binnenlandse Zaken en Volksi.
huisvesting, welke schets de grenzen aangé^ft waarbinnen de gewes
ten zouden moeten gaan functionneren. Daarbij wordt gedacht aan
ongeveer 44 gewesten. De Minister heeft gezegd: het is een praat
stuk, we kunnen er derhalve nog alle kanten mee uit. Het is nog
helemaal niet bekend wat een gewest inhoudt# Op bestuurlijk ni
veau is inzake reorganisatie van de taken van Rijk-Provincie en
Gemeente nog niets definitiefs bekend. Naar aanleiding van deze
structuurschets, gezonden aan Provinciale Staten heeft het Provin
ciaal Bestuur gevraagd of alle gemeenten in Brabant willen reage
ren op dit concept. Het gaat dus niet over het al of niet aanslui
ten bij het gewest Zoomstreek cq. het gewest West-Noord-Brabant.
De heer van Hal dankte voor de uitvoerige en zeer deskundig opge
stelde nota inzake de concept-structuurschets. Onze fractie,al
dus de heer van Hal concludeert, dat de gemeenteraad van Rucphen
- besloten hebbende in januari 1972 en april 1973 niet toe te
treden tot het streekgewest West-Noord-Brabant zolang niet duide
lijk vast staan welke bevoegdheden bij toetreding overgedragen
worden - tot op heden een verstandig en verantwoord besluit heeft
genomen.
Citerend uit het blad "de Nederlandse Gemeente" waarin ópgenóriien
ëènvbrief van de griffiers van provinciale staten en waarbij deze
him ongerustheid uitspreken over de bestuurlijke (re)organisatie
in Nederland, daarbij gevoegd hetgeen de minister van Binnanlandse
Zaken bij de toelichting, op de begroting 1974 heeft gezegd, had
de heer van Hal ook zijn twijfels ten aanzien van de bestuurlijke
indeling.
Onze fractie,aldus de heer van Hal kan geen adhesie betuigen aan
de concept-structuurschets, die West-Brabant definitief in twee
delen splitst. Onze fractie spreekt zich uit voor de provincie-
nieuwe stijl zo er een bestuurlijke reorganisatie moet komen.
Wij blijven vóór samenwerking. Daarom gaan wij akkoord met het
voorstel om de voorzitter als waarnemer af te vaardigen naar de ve
gaderingen van het college van advies eh bijstand van het streek-
gewest.
XII Nota ooncept-
s truc tuurs che t
bestuurlijke ine
ling Nederland.
De heer van Miert zei tot de conclusie te zijn gekomen,dat afvaardi
ging van een waarnemer naar de vergaderingen van het streekgewest
geen garantie inhoudt,dat straks toch zonder Rucphen over Rucphen
zal worden beslist. Dit te voorkomen achtte hij van het grootste be
lang. In principe staat hij achter de overtuiging,dat West-Brabant
het best gediend zal zijn wanneer het óón gewest wordt maar hij ver
liest niet uit het oog, dat de gewestvorming-in 1974 door het provin
ciaal bestuur goedgekeurd— als een tussenfase moet gezien worden in
de ontwikkeling naar één gewest West—Brabant. Onze belangen kunnen
alleen dón optimaal behartigd worden wanneer we er over kunnen mee
praten. Dat kunnen we alleen wanneer we ons er bij aansluiten en een
afvaardiging in de gewestraad hebben zitten.
De heer Gabriëls zei,dat de raad in de vorige raadsperiode een goede
beslissing heeft genomen. Een discussie is weinig zinvol omdat men
helemaal nog niet weet wat straks de Gewestwet gaat brengen. Een
vierde bestuurslaag is niet gewenst, deze werkt slechts vertragend.
We kunnen het best maar afwachten. Hij verklaarde zich voorstander
van kleinere provincies.
Ons standpunt,aldus de heer van Ginneken, inzake gewestvorming is
sinds april 1973 nog niet gewijzigd.Waren wij toen al overtuigd dat
er gestreefd moest worden naar éón groot gewest dan is onze overtui
ging nog sterker geworden nu de Wetenschappelijke Raad zijn voorkeur
heeft uitgesproken voor de provincie-nieuwe-stijl. Wij willen niet,
dat West-Brabant in twee delen wordt gesplitst. 1)aardoor worden
krachten versplinterd welke hier zo broodnodig gebundeld moeten wor
den om de belangen van onze West-Brabantse bevolking te behartigen. I1
Wij willen er op wijzen,dat deze structuurschets wel afwijkt van de
op 12 juli 1972 door Gedeputeede Staten van Noord-Brabant uitgebrach
te nota: Bestuurlijke Organisatie. Hierin komen Gedeputeerde Staten
door toetsing van de Brabantse samenlevingsverbanden aan de criteria
van de Minister vah Binnenlandse Zaken tot de slotsom,dat de ontwik
keling met betrekking tot de gewestvorming dient te passen in het ka
der, dat uiteindelijk ruimte laat voor 4 Brabanse gewesten. Daarnaast
willen wij wijzen op een recent rapport van de ARP over de gewestvor-
mingjdat ook tot de conclusie komt,dat Nederland in 20 25 gewesten
dient te worden verdeeld. Voor Noord-Brabant zijn in dit rapport 4
gewesten gepland. Gisteravond(24feb75) heeft het^CDA in Breda een
vergadering belegd over gewestvorming.Daar is/ae afd.West-Brabant
verklaard dat ook zij voor vorming zijn van een provincie-nieuwe-stijl
dus vóór een groot gewest West-Brabant en tégen een vierde bestuurs- I
laag.
Wij staan,aldus de heer van Ginneken achter het voorstel van B.en W.
en stemmen in,dat de voorzitter van de raad als waarnemer wordt afge
vaardigd naar de vergaderingen van het streekgewest.
Het standpunt van het college van B. en W. aldus de heer Vroegrijk,
is nog steeds hetzelfde inzake toetreding tot het streekgewest.De
huidige raad, in een ietwat andere samenstelling, is ook dezelfde me
ning toegedaan.
Ik zou het vorige agendapunt in verband willen brengen met de art.32
en 33 van de gemeenschappelijke regeling streekgewest, als het gaat
om overdracht van bevoegdheden en taken van de gemeente.Ik meen hier
in een schoolvoorbeeld te zien hoe het een gemeente zou kunnen ver
gaan als deze artikelen zouden worden toegepast#
Hoewel het wellicht stof zal doen opwaaien - misschien ziet men het
als een bestand aan het gewestelijk front - ware de voorzitter toch
maar af te vaardigen als waarnemer. Een goede buur is beter dan een
verre vriend en we blijven dan op de hoogte.
Voorzitter: Ik wil duidelijk stellen,dat we^hier een beslissing nemen
over de concept-structuurschets. De raad is/met het college van B.en V
eens,dat er geen vierde bestuurslaag moet komen en dat de provincie-
nieuwe-stijl wellicht de oplossing zou zijn. Daarvoor behoeft geen