Daardoor kreeg deze pendel excessieve proporties en dat betekende bij
verminderde werkgelegenheid een zeer hoog werkloosheidspercentage.
Aangezien 2/3 van onze werklozen in die bouw werkzaam waren is ons
werkgelegenheidsprobleem in grote mate een probleem van de werkgelegen
heid in de bouwnijverheid.
Typerend is het verschil tussen de hoogte van de werkloosheid onder de
15 t/m 19 jarigen en oudere groepen.
In de jongste groep ligt de werkloosheid onder het gemiddelde.
In de groep 20-24 jarigen rond het gemiddelde.
In de groep 25-39 jarigen boven het gemiddelde.
De meest jeugdigen zijn dus het minst werkloos, maar dit verergert naar
mate men ouder wordt.
Een ander negatief verschijnsel is dat de gemiddelde duur van de werk
loosheid per persoon per jaar toeneemt, hetgeen wijst op een stijging
van de structurele werkloosheid, met andere woorden, er is onvoldoende
vraag voor het beschikbare aanbod.
Dit geldt in het bijzonder voor diegenen die voor hun laatste werkloos
heid in de bouwnijverheid, of in de landbouw werkzaam waren en bovendien,
wanneer het gevolgde onderwijs niet verder reikte dan de lagere school.
Het is dus zonder meer juist wanneer groeperingen in onze samenleving
zo aktief zijn om het onderwijs te bevorderen, want voortgezette scho
ling op jeugdige leeftijd bevordert de stabiliteit in de beroepsuitoefe
ning. 4.
Vanneer men de ontwikkelingen op de bouwmarkt beziet, dan moet men
zonder meer constateren dat de vooruitzichten somber zijn.
Op de eerste plaats wordt verwacht een vermindering van het aantal
nieuw te bouwen woningen en een uitbreiding van de vernieuwbouw.
Dat wordt van regeringszijde gestimuleerd.
Dat betekent dat de behoefte aan geschoolde bouwvakkers zal toenemen
en de vraag naar ongeschoolde of minder geschoolden zal afnemen.
Nog somberder wordt het wanneer de selectieve investeringsregeling gaat
werken en tot gevolg heeft een vermindering van de bouwaktiviteit in de
randstad. Vanneer die bouwaktiviteit zich verplaatst naar onze gebieden,
dan werkt dit gunstig.
Als die aktiviteit zich verplaatst naar het Noorden des lands, dan zal
dat wederom betekenen een verslechtering van de positie van de bouw
vakkers.
Vat kan er nu gedaan worden?
Een totaal effect is slechts mogelijk wanneer op bovenlokaal vlak ge
streefd wordt naar evenwicht tussen vraag en aanbod.
In onze gemeente zal getracht moeten worden de eenzijdige gerichtheid
op de bouwnijverheid te doorbreken door
a. in eigen gemeente de mogelijkheid te scheppen voor een her- en om
scholingsopleiding zoals in het verleden met succes is geschied;
b. een grotere verscheidenheid van vakken aan onze plaatselijke L.T.S.,
zodat de leerlingen andere mogelijkheden krijgen dan metselen en
timmeren;
c. steun van de hogere overheid om vestiging van een industrie te be
vorderen die voldoet aan de wensen en ambities van onze werknemers;
d. een dependance van het gewestelijk arbeidsbureau om zich zeer inten
sief te bemoeien met de arbeidsbemiddeling.
het wegnemen van de regionale loonverschillen.
f het volgen Van vervolgonderwijs propageren en stimuleren.
Dit mevrouw en mijne heren, is een voorlopige visie. Het rapport is pas
ontvangen'en er is derhalve nog geen tijd en gelegenheid geweest om het rapport
dlePSa£h ^"«logisch aspect is nog niet aan de orde geweest.