9 C kermisaxploitanten. Deze was niet tevreden over de wijze van ver pachting der standplaatsen in St.Willebrord. Eén exploitant zou daar te veel zeggingsmacht hebben bij de toewijzing van de plaatsen waardoor andere exploitanten zouden worden geweerd. Dit vond de heer Brouwers niet in het belang van de exploitanten noch van de fanfare. Hij pleitte voor meer openheid en geen onderling "gesja cher" De voorzitter vond het een merkwaardige zaak. In zijn 20-jarige loopbaan als burgemeester had hij nog nimmer een klacht van de ex ploitanten of van anderen ontvangen inzake de verpachtingen. Zaak is dan toch dat men zich eerst tot het gemeentebestuur wendt. De voorzitter zei toe deze zaak te zullen onderzoeken en contact op te nemen met het hoofdbestuur. Nadat de heer Bruijns had medegedeeld, dat in Rucphen nimmer klach ten waren geuit inzake deze aangelegenheid, ging de raad acooord en besloot conform het voorstel. Voorstellen tot wijziging van de begrotingen,dienstjaar 1968 en 1969: 68 wijziging 1968: verhoging uitkeringen Algemene Bijstandswet; 11a wijziging 1969: administratieve wijziging; 13 wijziging 1969: uitbreiding woning toezichthouder speelweide St. Willebrord; 14 wijziging 1969: extra subsidie EHBO St.Willebrord voor herstel ver bandpost bij "Zoute Betje"; 15 wijziging 1969: krediet grondaankopen uitbreiding sportvelden Sprundelseweg de grondaankopen zijn inmiddels door gedeputeerde staten goedgekeurd) 18 wijziging 1969: kosten in verband met huisvesting rijkspolitie. Zonder aan- of opmerkingen keurde de raad deze begrotingswijzigingen goed. Van de rondvraag maakten de volgende raadsleden gebruik: De heer Brouwers vroeg, zoals hij ook reeds bij de vaststelling van de begroting had gedaan, meer aandacht inzake reclame voor verkoop van het industrieterrein. De voorzitter antwoorddedat in het verle den tal van advertenties zijn geplaatst maar, gelegen tussen twee kerngemeenten is het z.i. practisch uitgesloten dat er serieuze ge gadigden komen. Ik wil evenwel met liefde en plezier nog eens een ad vertentie plaatsen maar zonder subsidie gaat alles toch naar de kern gemeenten. Overigens overwegen wij, zoals reeds eerder bij het begro tingsdebat is meegedeeld, aan deze gronden een andere bestemming te geven. De heer Bruijns had bij de goedgekeurde stukken nog niet de goedkeu ring van het trottoirplan van Rucphen aangetroffen. De voorzitter zei dat er onlangs nog contact is geweest met de provinciale griffie waarf bij op een snelle afhandeling is aangedrongen. De heer de Rooij informeerde naar de stand van zaken met betrekking tot de brandputten. Antwoord: de tekening is binnen.Men wacht op de nadere uitwerking. De heer Vroegrijk vroeg naar de resultaten van het gebrek met de heer van Lienden inzake de woningtoewijzing. De voorzitter antwoordde, dat de zaak nog in een vertrouwelijke sfeer ligt en dat hij nu hierover .liever nog geen mededeling wil doen. Wel kon hij meedelen tijdens het gesprek positieve geluiden te hebben gehoord. Niets meer aan de orde zijnde sloot de voorzitter de vergadering met het gebruikelijke gebed. De secrétaris, De ■fcjorzitfl XI BegrotingswijziÈ XII Rondvraag, VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD I en II Opening en notu len. II Ingekomen stukken. Sansm 17189 ui op dins- .2.7...mei19 69, 19.«.00.. uur De voorzitter opende de vergadering met het gebruikelijke gebed. Ten aanzien van de concept-notulen,toegezonden aan de raadsleden,wa ren vooraf geen bemerkingen ingekomen.Tijdens de raadsvergadering kwam het raadslid Luijkx met de opmerking, dat bij agendapunt X de heer Brouwers zou gezegd hebben"contact te hebben gehad met een hoofdbe stuurslid van de bond van kermisexploitanten"i.p.v.met de bond van kermisexploitanten". De raad vond dit geen punt van discussie,hoewel de heer Brouwers beaamde,dat het inderdaad een hoofdbestuurslid was geweest. De voorzitter attendeerde in dit verband nog eens op de gemaakte af spraak, dat bemerkingen op de notulen vooraf moeten worden ingediend. Na vorenstaande opmerkingen werden de notulen van de vergadering van 8 april 1969 vastgesteld. De voorzitter deed hierna mededeling van de volgende ingekomen stuk ken: -besluit van Gedeputeerde Staten inzake verdaging beslissing op het raadsbesluit van 17 december 1968, le.wijziging 1969,betreffende kre diet voor aanleg trottoirs in het dorp Rucphen; De voorzitter deelde mede,dat blijkens een vertrouwelijke mededeling,de goedkeuring van dit besluit wel niet zo lang meer zal wegblijven; -brief van Gedeputeerde Staten inzake verhoging wethoudersbezoldiging per 1 januari 1969, voor onze gemeente gesteld op ƒ.9850,met ver zoek automatische aanpassing bij trendmatige verhogingen conform de overheidssalarissenzonder daarvoor telkens de gemeenteraden te horen. De raad had hiertegen geen bedenkingen; -brief van Gedeputeerde Staten inzake uitkering-ineens le.halfjaar 1969! voor gemeentesecretarissen en ontvangers. Ook hier geen bemerkingen van de raad; —brief van de gemeente Roosendaal en Nispen inzake onteigeysging familie Akkermans te Zegge; een verheugende mededeling,dat aan deze slepende kwestie thans op korte termijn een einde zal komen; -goedkeuringen aankopen van C.Marijnissen,A.v,NiSpen, J.Vroman en 28 an deren; wed.v.Glerum-Jaspers,J,v.d,Tuijn en 6 anderen; mevr.Carlier en 6 anderen, F.Naalden en W.Stroop. -goedkeuringen verkopen aan: W.Valentijn,P.v.Oosterbosch en M.den Ouder* -bericht van ontvangst van Ged.Staten inzake Benzinepompverordening 1969; -onthouding goedkeuring aankoop gronden van C.Luijkx en J.Clarijs; •goedkeuring 68,70 wijziging 1968 en 9,10,11,11a,13,14,15,16,17,18.19 en 21 wijziging I969. -Hierna las de voorzitter een brief voor van het bestuur van de fanfa re De Eeandracht te St.Willebrord,gedateerd 7 mei I969, waarbij wordt gevraagd "een onderzoek te willen instellen naar de waarheid van zofn onsmakelijke insinuatie", gedaan door het raadslid Brouwers in de raadsvergadering van 8 april 1969 met betrekking tot de handelwijze bij het verpachten van standplaatsen tijdens de door de fanfare De Eendracht georganiseerde kermissen te St.Willebrord. De voorzitter memoreerde nog eenszijn gezegde in de vorige raadsverga dering, dat het hem wel zeer verbaasde omtrent deze aangelegenheid nog nimmer een klacht,van welke zijde ook,te hebben ontvangen. Dat deze sff&ire middels een raadslid en niet bij het college van burgemeester en wethouders aanhangig is gemaakt is betreurenswaardig. Na de vorige raadsvergadering hebben wij ons gewend tot de secretaris van de Nederlandse Bond van Kermisexploitanten, i.e. de heer P.Janvier, zowel telefonisch als schriftelijk.Tot heden is hierop op geen enkele wijze gereageerd. We zullen dit toch even moeten afwachten. De heer Brouwers zei op de hoogte te zijn van het thans lopende onder zoek.De heer Janvier,hoofdbestuurslid, zou in verband met zijn werk-r

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1969 | | pagina 12