Uit dit meerjarenplan willen wij enkele punten lichten, welke naar onze mening zeker op het jaarprogramma voor 1968 moeten komen: Als eerste punt: de realisering van de woningbouw,inclusief het aan kopen en bouwrijpmaken van gronden. De woningbouw dient ook dit jaar primair te worden gesteld. Nauw hangt hiermede samen de vaststelling van de structuur- en bestemmingsplannen. Verder zal met voorrang die nen te worden behandeld: de aanleg van de Schuurkerkstraat-Luijenhoek- straat alsmede de sanering van de Ettense Hoek,terwijl ook het trot toirplan te Rucphen een plaats op het programma voor 1968 dient te krijgen. Ook dient naar de mening van Burgemeester en Wethouders te worden opgenomen de aanschaffing van een nieuwe roltrommelwagen voor de vuilophaaldienst. De meeropbrengst vanwege de verhoging van de ta rieven voor het reinigingsrecht zullen hiervoor worden aangewend, waardoor het mogelijk wordt een ruimere dienstverlening door de vuil nisophaaldienst te bewerkstelligen. Zo zal de verharding van zandwegen ook een verhoging van de tarieven voor de wegenbelasting noodzakelijk maken, hetgeen ook in het kort reeds is gememoreerd bij het vorig agendapunt,waarbij de nieuwe ta rieven zijn vastgesteld. Alvorens te besluiten gaf de voorzitter nog zijn visie op enkele mar kante punten uit de nota van aanbieding. Vooreerst het hoofdstuk van de fianciële verhouding tussen rijk en gemeente. In voorgaande jaren, aldus de nota, mochten wij reeds enige malen de aandacht van de raad vragen voor de garantie-uitkering,die na aanvanks- lijk te zijn berekend op 250.000,= kon worden teruggebracht tot rond ƒ.70.000,=. Het verheugt ons u thans te kunnen mededelen,dat deze garantieuitkering opnieuw aanzienlijk is verlaagd en wel zodanig dat in de begroting 1968 nog slechts een uitkering van rond ƒ.4000,» is geraamd. De reden hiervan is gelegen in het bij KB van 2 december I966 vastgestelde "Besluit verfijning algemene uitkering» rioleringen'. De op grond van de regelingen ontvangen bijdragen worden voor 1968 ge raamd op -ruim ƒ.57.000, Deze verfijningsuitkering moet in mindering worden gebracht op de garantie-uitkering, hetgeen tot bovengenoemd gunstig resultaat leidt. Vervolgens besprak de voorzitter in vogelvlucht de overige gemeente fonds-uitkeringen: de algemene uitkering, de uitkering lager onder wijs en de belastinguitkering. Dank zij de verhoging van de uitkeringen uit het gemeentefonds,die een bedrag beloopt van rond ƒ.620.000,= is het mogelijk gebleken een begroting voor het dienstjaar 1968 op te stellen,waarin niet alleen de hogere salaris- kapitaals- en andere lasten zijn opgenomen, maar die bovendien nog een reserve van ruim ƒ.46.000,= bevat. Hierbij ge voegd een geraamd bedrag van ƒ.50.000,= wegens meerdere opbrengst in verband met verhoging van de tarieven voor de plaatselijke belastin gen geeft een rond bedrag van ƒ.100.000,®bestemd voor de dekking van lasten van nieuwe kapitaalsuitgaven c.q. voor hogere uitgaven van de gewone dienst, zij het dan,dat voor een bedrag van ƒ.67.000,= over de saldi- en andere reserves is beschikt. De voorzitter verheug de zich erover,dat Rucphen nqg niet in die situatie verkeert,waarin al tal van gemeenten zitten en nu al genoodzaakt zijn een aanvullende uitkering aan te vragen met als stok achter de deur: opvoering van de tarieven voor de plaatselijke belastingen tot de maxima, zoals die door de Minister worden aangegeven. Ons financieel beeld is uiter mate goed; wij kunnen ons investeringsplan grotendeels waar maken. Vervolgens ging de voorzitter aan de hand van de nota het verloop van de investeringen na in de periode 1952-1967 e*1 constateerde daar bij dat het totaal-bedrag der nog niet afgeschreven kapitaalsuitgaven momenteel ƒ.55,5 miljoen bedraagt, hetgeen neerkomt op een investe ringsbedrag van o2000,= per inwoner. Hierna ging de voorzitter» zoals hij reeds meerdere malen in vorige vergaderingen had gedaan, nog eens dieper in op het werkloosheidspro bleem en de daarmee verband houdende werkgelegenheidspolitipk. In onze gemeente is de nood als gevolg van de werkloosheid zeer ern stig Vorig jaar (1966), toen de werkloosheid ontstond, geraakte onze gemeente midden in de belangstelling van de 1Qok °eSgë fie en landelijke dag- en weekbladen wasten ons te vinden. Ook^nige nolitieke partij en politici kwamen zich ter plaatse op de hoogte stel len Nu zijn er 700 werklozen, verschillende ervan reeds langdurig zonder werknu is de nood veel ernstiger en nu is er een doodse stil te. In 1967 hebben we steun ontvangen van rijkswege en van de zijde van de provincie. Voor 1968 zijn we hierover niet erg gerust. Op de rijksbegroting zijn 5 maal 100 miljoen gulden geplaatst, waarvan wij tot nu toe slechts 20.000 gulden krijgen voor een wegverharding. Het is zaak^dat we ona weer laten horen. We moeten een ^denweg zoeken om onze werkelijke nood bij de regeling kenbaar te maken. bare werkvoorziening moet er voor onze gemeente veel meer uitkomen. Van de ruim 700 werklozen zijn er ongeveer 600 als bouwvakker geregis treerd.Vooral voor deze sector zullen er behoorlijke projecten moe ten worden aangepakt, hoewel voegde de voorzitter er aan toe,wij in 1967 goed zijn bedacht. Maar we moeten blijven vechten om kern- cq. probleemgemeente te worden, ondanks het feit,dat men hier en daar wel eens hoort.dat er van overheidswege voor Rucphen al genoeg is gedaan. Verder pleitte de voorzitter voor goede scholing, voor de om een vak te leren, getuige het feit, dat er van de ruim 700 werklo zen 510 zijn beneden de 25 jaar en hiervan zijn er 255 zonder enige onleidinff. Dit is een trieste zaak. De voorzitter deelde mee,dat met de bevoegde instantiesbesprekingen gaande zijn om de weg Visdonk-Schijfwaarvan de kosten;ƒ,500.000,- zullen bedragen, als werkgelegenheidsobject aan te merken. Maar de toezeggingen zijn nog niet binnen.Ook niet voor Schuurkerkstraat e.a. wegenplannenWel is er juist vandaag (19 december 1967) van het Ministerie van Cultuur,Recreatie en MaatschappaUjkeenbeschikk ng ontvangen,waarbij een bedrag a fonds perdu van ƒ.250.000,- ™rdt toegekend voor vernieuwing van de geheel versleten barakken aan Rucphensestraat, met welke gelden nu een nieuw buurthuis- en paro chiecentrum zal kunnen verrijzen op het Emmausplein. Ten aanzien van de woningbouw lopen de zaken met zo gunstig. We krij gen geen extra contingent voor 1968. Pogingen om via contenubouw meer woningen te kunnen bouwen zijn mislukt. We zullen ons moeten gaan zinnen op de particuliere premiebouw maar dat vraagt nog nader be- STvoorzitter besloot deze algemene beschouwing met te zeggen, dat er nog geeniïs' geweest, waarin zoveel is gebeurd en waarin zo hard is gewerkt. Hij bracht dank aan de ambtenaren van secretarie en technische dienst. Ondanks alles, aldus de voorzitter ook dank aan de rijks- en provinciale overheid, die ons toch in menige aangelegen heid de helpende hand heeft toegestoken. De voorzitter sloot met de wens, dat we allen met Gods zegen een goed jaar mogen tegemoetgaan. Na een korte pauze gaf de voorzitter gelegenheid tot maken van opmer kingen en het stellen van vragen tevens bedoeld als rondvraag) de heer Vos informeerde naar de post keurlonen. De voorzitter schet ste de huidige situatie,die hij niet gezond noemde, en deelde mede dat in overleg met de centrumgemeente hierin binnenkort wel veranderr beheer8"'.d. Oever vroeg opheldering over een terugvordering uit een nalatenschap. Antw.staat in de rekening 1967* Verder pleitte hij,gezien het aantal jongere werklozen, voor Plaa^ op de rijkswerkplaats te Breda,mits aanvulling van loon via weee. Antw: "Als je een rijkswerkplaats heht komen ze niet, moet hij vanwege de pendel verdwijnen, en is hij opgeheven, dan wordter om gevraagd" aldus de voorzitter. In de landelijke commissie arbeidsvoor fiening wordt naar een oplossing van dit probleem gezocht. Aanvulling van het loon via Bijstandswet zou mogelijk zijn.

Raadsnotulen

Rucphen: december 1949-1998 | 1967 | | pagina 46