-9-
benoemd verklaarde toe te laten als lid van de raad der gemeente Rijsbergen. Het advies
is ondertekend door de heer M.A. van de Sande, mevrouw A.C. Haast-Deckers en de
heer A.H.J. Martens. Rijsbergen, 1 februari 1996."
De VOORZITTER dankt de commissie voor haar werkzaamheden en ontbindt de
commissie.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor een korte periode. Na de heropening
krijgt de heer Utens namens alle fractievoorzitters het woord.
De heer UTENS spreekt namens de voltallige raad zijn teleurstelling uit over het opnieuw
stranden van het fusieproces. Dit temeer, omdat de bestuurlijke adviesgroep twee keer
eerder een positieve inbreng heeft gehad bij het vlot trekken van het fusieproces. Hij
noemt het vastlopen van het fusieproces een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van
de stuurgroep. Als het fusieproces wordt stopgezet, is dat aan de raden van Zundert en
Rijsbergen. Die hebben het besluit genomen tot het plan van aanpak om te komen tot een
fusie tussen beide gemeenten. Een en ander geeft hem aanleiding tot het indienen van een
motie.
De VOORZITTER leest de motie voor:
Ondergetekenden, bijeen tijdens de raadsvergadering van Rijsbergen op 1 februari 1996,
overwegende dat:
de bestuurlijke adviesgroep medio 1995 bij gelegenheid van een tweede impasse in
het voorbereidingsproces heeft uitgesproken dat de stuurgroep een laatste
gelegenheid wordt geboden vorderingen te maken inzake de voorbereiding op de
gemeentelijke samenvoeging;
gelezen hebbend het persbericht van de gemeente Zundert omtrent de fusiebespre
king Zundert-Rijsbergen d.d. 1 februari 1996;
gehoord hebbend de verklaring namens het college van burgemeester en
wethouders dat het, gelet op de medio 1995 door de BAG geformuleerde
opvatting, wenselijk is dat de BAG in de gelegenheid gesteld wordt om zijn opvat
tingen kenbaar te maken over deze gang van zaken;
verzoeken het college:
1. de voorzitter van de BAG met klem te verzoeken mede te werken aan het op de
kortst mogelijke termijn beleggen van een vergadering van de BAG;
2. te bewerkstelligen dat alle leden van de BAG over identieke informatie beschikken
ter voorbereiding van de onder punt 1 genoemde vergadering;