-10-
over de reserve van het Woningfonds. Hij vertrouwt erop dat men daar goed uitkomt. Tot
slot pleit hij voor het tijdig inspelen op de noodzaak van goed onderhoud voor de wegen.
Wethouder BOURDREZ zal nagaan hoe het zit met de nabetalingen van de PNEM en of
daar een accountantsverklaring bijgevoegd is. De kwestie van de dubieuze debiteuren en
de vorderingen kan volgens hem beter op een ander moment besproken worden dan bij de
jaarrekening. Voor de uitvoering van alle wegenprojecten die waren voorgenomen, heeft
volgens hem de mankracht ontbroken. Door het inhuren van derden wordt nu geprobeerd
dat op te vangen. Dat geldt ook voor het bergbezinkbassin. De intentie is om een aantal
zaken nu snel aan te besteden en nog voor de winter te realiseren. Hij hoopt dat de OZB
niet verhoogd hoeft te worden, maar dat zal afhangen van de mogelijkheid om een
sluitende begroting te krijgen.
De heer JACOBS (WNB) herhaalt zijn vraag over het gasbedrijf en het innen van de
declaratie van het AZC via de deurwaarder.
De heer PALS is blij dat er na de vakantie gestart wordt met het uitvoeren van een aantal
onderhoudsprojecten voor wegen. Hij is wel van mening dat er laat is overgegaan tot
inhuur.
De heer VAN DE SANDE vraagt nog een toelichting op de reserves van de woningstich
ting.
Wethouder BOURDREZ zegt een schriftelijke reactie toe op de vraag over het gasbedrijf.
Ook op de vraag over de vordering op het AZC wil hij schriftelijk reageren. Ten aanzien
van de reserves van de woningstichting verwacht hij binnen 14 dagen meer informatie te
kunnen verschaffen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
7. Voorstel tot het vaststellen van de 6e wijziging van de begroting Algemene Dienst
1996 naar aanleiding van de eerste kwartaalrapportage 1996
(Bijlage 80J
De heer JACOBS (WNB) vraagt of de stijging van de onroerend-zaakbelasting bij punt 3
is ontstaan door de nieuwbouw of door verhoging van de taxatie. Ook vraagt hij naar de
oorzaak van de verhoging van de aansprakelijkheidsverzekering onder punt 6.
Wethouder BOURDREZ denkt dat de verhoging van de onroerend-zaakbelasting verband
houdt met de nieuwbouw. Ten aanzien van de aansprakelijkheidsverzekering merkt hij op
dat gemeenten tegenwoordig veel eerder worden aangesproken dan in het verleden. Dat
heeft premieverhoging tot gevolg.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
i
I