mm -8- De VOORZITTER leest het amendement voor: De raad van de gemeente Rijsbergen, bijeen op 4 juli 1996, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders betreffende het voorstel tot het vaststellen van het projectplan voor de herinrichting van het centrumgebied, het beschikbaar stellen van de voor de uitvoering benodigde kredieten ad f 6.786.000,—, alsmede de opdracht aan het college om tot uitvoering over te gaan, gelezen het raadsvoorstel ten aanzien van het onderwerp, het plan dat in september klaar zal zijn, overwegende het feit dat dit ontwerpplan naast de financiële kaders een belangrijke bouwsteen is voor het volledig ten uitvoer kunnen brengen van dit project, overwegende dat na het vaststellen van de nota van uitgangspunten in 1992 nog een aantal zaken zijn veranderd, stellen voor: het raadsvoorstel aan te vullen met de voorgaande overweging; het besluit aldus aan te vullen. De wijziging luidt dan als volgt: "Het ontwerpplan ter vaststelling aan de raad van de gemeente Rijsbergen aan te bieden". De VOORZITTER stelt vast dat het amendement voldoende is ondersteund en alsnog deel uitmaakt van de beraadslagingen. Hij wil het amendement ontraden. Er gaat een mandaat naar de begeleidingscommissie, bestaande uit de leden van de commissie Grondzaken. Daar komt het totale plan nog een keer aan de orde, voordat met de deelplannen wordt begonnen. Als daar geen overeenstemming komt, komt de zaak alsnog procedureel naar de raad. Hij brengt het amendement in stemming. De heer VAN DE RIJZEN wil nadrukkelijk aangetekend hebben, dat duidelijk in het projectorganisatieboek staat dat wanneer de commissie Grondzaken, zijnde de begelei dingscommissie, niet unaniem akkoord is over de onderdelen, alles terugkomt naar de raad. Hij denkt dat dit vanwege de snelheid zo moet. Als de begeleidingscommissie de bevoegdheid heeft zoals die omschreven staat, kan hij zich daarin vinden. De heer VAN DE SANDE zegt dat de mandaten aan de commissie Grondzaken worden gegeven en niet aan het college. Hij acht het amendement niet nodig. In de voorbereiding is volgens hem gezorgd voor een procedure die goed is. De VOORZITTER zegt dat het mandaat niet naar de commissie Grondzaken gaat, maar naar de begeleidingscommissie. De commissie Grondzaken is een adviescommissie. Er is sprake van twee gescheiden verantwoordelijkheden. In het voorstel van vanavond staat het volgens hem duidelijk verwoord. Wethouder BOURDREZ stelt dat de begeleidingscommissie naar zijn oordeel voldoende bevoegdheden heeft om terug te verwijzen naar de raad als dat nodig is.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1996 | | pagina 74