-20-
28. Voorstel tot het instemmen met de:
organisatiestructuur voor de nieuwe gemeente:
Voorstel tot het instemmen met wijzigingen/aanvullingen van de op 29 juni
1995 vastgestelde sociale leidraad.
(Bijlage 140)
De heer VAN DE SANDE zegt dat er gelukkig hulp van derden is ingeroepen. Hij
betreurt het alleen dat dit niet eerder is gebeurd. Dan was er volgens hem meer tijd
geweest voor een goede besluitvorming. Hij heeft nu toch het gevoel dat alles op het
laatste moment moet gebeuren. Hij vindt het wel een zeer zwaar opgetuigde organisatie
en vraagt zich af of dit wel de organisatie is waarbij sprake is van de korte lijnen die
gewenst waren. Hij verwacht dat veel overleg het gevolg zal zijn. Hij is bang dat dat ten
koste zal gaan van de dienstverlening. De vraag die hij nog heeft betreft de financiële
consequenties. Hij verwacht van de herindeling een kostenbesparing en een verbeterde
dienstverlening. Hij vraagt zich af of dat op deze manier wel bereikt zal worden. Hij wil
weten wat nu de kosten worden die de burger straks op zal moeten brengen voor deze
organisatie.
De heer PALS is in elk geval blij dat nog dit jaar de organisatie kan worden vastgesteld.
Hij denkt wel dat deze organisatie kan zorgen voor een goede dienstverlening aan de
burger, die daarbij niet van het ene loket naar het andere hoeft. De huidige organisatie
was volgens hem ook aan verbetering toe. Hij vindt niet dat op dienstverlening aan de
burger bezuinigd moet worden. Ten aanzien van de Sociale Leidraad vraagt hij naar de
werking van de non-activiteiten regeling en relatie tot de persoonlijke toelage. Ten
aanzien van de persoonlijke toelage vraagt hij ook nog hoe dat geregeld is als een mede
werker in de nieuwe organisatie in een functie komt, waarbij die toelage niet meer
noodzakelijk is.
De heer JACOBS (WNB) is verheugd dat de organisatie er eindelijk is. Hij is van oordeel
dat de burger niet de dupe moet worden van de inrichting van de organisatiestructuur. Hij
vindt het jammer dat de toetsing van de inpassingscommissie is vervallen. Ook hij is van
mening dat de besluitvorming op het laatst wel erg gehaast verloopt. Hij pleit ervoor om
de belangen van de banenpoolers even serieus te nemen als die van het vaste personeel.
De heer MARTENS mist in het stuk de correcties die door de bestuurlijke adviesgroep als
gewenst werden gezien. Hij wil dit zien als een tijdelijke organisatie, noodzakelijk voor
de voortgang. Hij denkt dat volgend jaar een stuk van het werk weer overgedaan moet
worden. Hij gaat ervan uit dat iedereen in de nieuwe organisatie geplaatst kan worden.
De non-activiteiten regeling ziet hij dan ook als een noodvoorziening.
De VOORZITTER geeft toe dat er inderdaad met grote snelheid en voortvarendheid aan
deze voorstellen is gewerkt, maar het is volgens hem ook de hoogste tijd. Het ziet er nu
tenminste naar uit dat er op 1 januari a.s. een organisatie staat, die aan de slag kan. Dat
laat onverlet dat er volgend jaar nog wel enige aanpassingen nodig zullen zijn. Deze
voorstellen garanderen echter in elk geval dat er sprake kan zijn van de nodige voortgang
en continuïteit. Het is volgens hem niet mogelijk om onder de gegeven omstandigheden
nog veel te doen aan de zwaarte van de opgezette organisatie. Dat wil echter niet zeggen,
dat ook noodzakelijkerwijze gebruik gemaakt moet worden van alle mogelijkheden. Waar