-4-
hier dan ook niet het aanpassen van het subsidiebedrag of het ontstaan van een tekort. Hij
waarschuwt ervoor die vergissing niet opnieuw te maken.
Mevrouw HAAST-DECKERS verbaast zich erover dat hiervan pas nu melding wordt
gemaakt. In eerdere stukken, zoals de evaluatie, is hier nooit over gesproken. Zij is van
mening dat niet kan worden gesproken van een tekort voor schoolzwemmen. Ze vraagt
om aan het schoolbestuur te vragen dit niet meer zo te stellen. Zij mist in het raadsvoor
stel bij het besluit het definitieve bedrag per leerling. Bij 2. op pagina 3 zou dan bij het
besluit moeten staan: "Het subsidiebedrag 1995 definitief vast te stellen op 543 x
119,49 is 64.883,--.
De heer VAN DE SANDE pleit voor de toekomst voor een andere berekeningsgrondslag.
Die zou moeten bestaan uit een basisbedrag voor de vaste kosten en de variabele kosten
afhankelijk van het aantal leerlingen. Bij de basisactiviteiten mist hij de districtskatechese.
Wethouder VAN DEN BEMD is enigszins verwonderd over de gemaakte opmerkingen.
Hij stelt nog eens, dat het duidelijk gaat over een voorstel tot aanpassing van het bedrag
per leerling, dus een herberekening van het bedrag per leerling. In de Welzijnsnota 1996
zal van het juiste bedrag worden uitgegaan, te weten 119,49 per kind.
De heer VAN BEIJSTERVELDT vraagt aan de heer Van de Sande of hij echt vreest voor
grote fluctuaties in het aantal leerlingen.
De heer VAN DE SANDE zegt dat het hem alleen om de systematiek gaat. Hij komt daar
wellicht in een later stadium nog op terug.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform voorstel besloten.
9. VOORSTEL TOT BESCHIKBAAR STELLEN KREDIET TEN BEHOEVE VAN
DE STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS R1JSBERGEN INZAKE DE
AANSCHAF VAN BUITENZONWERING EN DAARTOE VAST TE STELLEN
DE 7e WIJZICdNG VAN DE BEGROTING ALGEMENE DIENST 1995 (Biilage
nr. 561.
Mevrouw HAAST-DECKERS vraagt aan de wethouder of de toegezegde planningslijst ter
inzage kan worden gelegd. Zij wil graag tijdig op de hoogte zijn van wat er in de scholen
moet gebeuren, zeker als het onderhoud van de scholen in de toekomst bij de gemeente
komt te liggen. Zij vraagt of er nog genoeg geld beschikbaar is om de aanschaf van
zonneschermen te bekostigen.
De heer VAN DE SANDE dringt erop aan het schoolbestuur te verzoeken een totaalplan
in te dienen en de verzoeken van de inspecteur daarin te betrekken. Dat voorkomt een
hap-snap beleid. Hij is niet tegen deze investering, maar wil graag een totaalplan om tot
een goede afweging te kunnen komen.