■ft
-12-
De heer UTENS wil de gelegenheid aangrijpen om straks met Zundert ook over
milieubeleid in het algemeen te spreken. Voor de legeskosten is hij blij dat er nog eens
over nagedacht gaat worden. Hij is wel van mening dat die kosten toch een keer op tafel
zullen moeten komen en dat er een moment aan kan breken dat ze doorberekend gaan
worden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
18. Voorstel tot het:
1. vaststellen van de concept-verordening toeslagenbeleid:
2. vaststellen van de concept-verordening premiebeleid:
3. vaststellen van het beleidsplan Algemene Bijstandswet 1996:
4. vaststellen van de notitie Bijzondere Bijstand:
5. vaststellen van de notitie Heronderzoeksplan.
(Bijlage nr. 130)
De VOORZITTER zegt dat de verschillende besluiten in één pakket ter discussie zijn en
straks afzonderlijk zullen worden vastgesteld.
De heer RIETVELD verwacht van het college dat het zo snel mogelijk met concrete
voorstellen komt, die ertoe moeten leiden dat mensen weer kunnen gaan toetreden tot de
arbeidsmarkt.
Wethouder VAN DEN BEMD wijst op een bijeenkomst in Etten-Leur in het kader van de
Stichting Weer Werk, waar Rijsbergen bij aangesloten is. Het zal daar met name gaan
over langdurige werkloosheid en extra stimulansen voor de werkgelegenheid.
De VOORZITTER constateert dat niemand behoefte heeft aan stemming over de
verordening Toeslagenbeleid, de verordening Premiebeleid, het Beleidsplan Algemene
Bijstandswet 1996, de notitie Bijzondere Bijstand en de notitie Heronderzoeksplan.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
19. Voorstel inzake de oprichting van een externe Arbodienst door het Werkvoorzie
ningsschap West Noord-Brabant
(Bijlage nr. 1311
De heer RIETVELD wijst in de eerste plaats op de financiële problemen en risico's die
een externe Arbodienst met zich meebrengt. Zijn voornaamste bezwaar is echter, dat,
naar zijn mening, een externe Arbodienst niet strookt met de doelstelling van het
Werkvoorzieningsschap.
De heer JACOBS (WNB) is eveneens van mening dat een externe Arbodienst niet tot de
doelstellingen van het schap behoort. De argumenten van de geringe financiële
onderbouwing en het niet kunnen overzien van de financiële risico's, komen daar nog bij.
'1
4
