-12-
salarissen acht hij een dermate principiële kwestie, dat hij die nu niet hier wil bespreken.
Hij dringt aan op het nu afronden van de begroting. Nu verlagen van de tarieven voor de
afvalstoffenheffing en die tarieven volgend jaar weer moeten verhogen, acht hij
principieel onjuist. Hij wil die voorstellen dan ook niet overnemen. Hij weerspreekt de
verwijten van de heer Utens over het te laat aanvangen. Hij stelt, dat gewacht is met het
nemen van stappen op advies van de juridisch adviseur. Dit om geen claims te krijgen.
Volgens hem is weloverwogen gehandeld. Hij wil de suggestie van de heer Van de Sande
over het wegenfonds in overweging nemen. Hij wil echter nu nog geen concrete
toezeggingen doen, maar eerst de ontwikkelingen afwachten. Hij zegt wel toe serieus
aandacht aan de suggestie te zullen besteden. Ten aanzien van de gehanteerde rente stelt
hij dat 7% heel reëel is en ook bedrijfseconomisch verantwoord. Als al 7,5% wordt
doorberekend, dan zit er nog enige speling in de rentefactor. Hij stelt tot slot voor om de
agrarische hoofdstructuur nog eens in de commissie aan de orde te stellen. Voorstellen
van de raadsleden ter zake worden door hem nadrukkelijk op prijs gesteld.
Wethouder VAN DEN BEMD zegt toe de sociale vernieuwing intern nog eens te zullen
bespreken. Als er reden blijkt te zijn voor het elders onderbrengen van posten, zal hij dat
in de raad opnieuw aan de orde stellen. Hij erkent dat trajecten die bij het stadsgewest
moeten worden doorlopen voor besluitvorming soms erg tijdrovend zijn en soms
moeizaam verlopen.
De heer JACOBS (WNB) wijst op het concrete punt van de 11.000,—. Die hadden naar
zijn oordeel nog meegenomen moeten worden in de afvalstoffenheffing. De opmerking
was dat hij ontevreden was over de lange procedure, omdat die nu naar een volgend jaar
moet worden doorgeschoven, tot zijn teleurstelling. Wanneer dit eerder in de commissie
was geweest, dan had dat punt afgewerkt kunnen worden. Met het onderbrengen in een
egalisatiefonds kan hij vrede hebben.
Wethouder VAN DEN BEMD wijst nog eens op de mogelijkheden van het kwijtschel-
dingsbeleid voor diverse tarieven. Hij stelt dat hem wel degelijk duidelijk is, wie welke
verantwoordelijkheden heeft binnen het Rijserf-complex. Hij hoopt nog voor de herin
deling in staat te zijn de Koutershof te realiseren.
De VOORZITTER stelt dat het college de motie overgenomen acht, met de opmerking
dat de beleidsnotitie nog aan de raad zal worden voorgelegd. Over amendement 1 zegt
hij, dat hij geen problemen heeft om die 60.000,— uit de renteverlaging over te brengen
naar de post onvoorzien. Voor het overige staat het college daar afwijzend tegenover.
Over amendement 2 heeft hij gesteld, de 11.000,— en de 18.000,— voor k.c.a. en
voor de terugontvangsten over te brengen naar het egalisatiefonds. Hij neemt aan dat dat
amendement daarmee ook is ingetrokken. Ten aanzien van de amendementen 3 en 4 zegt
hij in de nabije toekomst een verdere discussie toe.
De heer UTENS stelt, met die toezegging, de amendementen 3 en 4 in te trekken.
De VOORZITTER constateert dat alleen het tweede deel van amendement 1 dan nog aan
de orde is en gaat over tot de stemmingen.
PHI