-10- de personele kosten, de manier waarop en de mate waarin. Voor wat betreft het wegenfonds gaat hij op dit moment akkoord. Hij stelt voor om uit de overschotten van 1995 200.000,— aan dat fonds toe te voegen. 1% Vindt hij een goed tarief, wat ook in de komende jaren te handhaven is voor de lasten van de eigen middelen. Voor 1996 wil hij wel de kosten van kinderopvang op de post onvoorzien boeken. Ze horen volgens hem vooralsnog niet thuis bij de sociale vernieuwing. Het niet harmoniseren van de tarieven in de komende jaren acht hij een gemiste kans. Hij handhaaft de motie, die hij als een signaal wil beschouwen om bepaalde zaken voor Rijsbergen te behouden. Amendement 2 wil hij terugnemen met een opmerking over de egalisatie van de voorziening en het voornemen van een discussie over de directe kosten en de dekking. Amendement 1 wil hij handhaven, behoudens de verlaging van de legeskosten. Hij ziet dit als ondersteuning van het college bij het krijgen van goedkeuring bij de provincie. Ten aanzien van de andere amendement steunt hij de opvatting van het college. Mevrouw HAAST-DECKERS betreurt het dat de feiten over de afvalstoffenheffing zo laat bekend zijn geworden. Een weloverwogen reactie is nu niet meer mogelijk. Dit, terwijl die ontwikkelingen toch al langer te voorzien waren. Ze leest in de begroting dat het politiekorps van de regio op sterkte is, maar meent van de voorzitter begrepen te hebben dat dit niet het geval is. Ze spreekt daarover haar verbazing uit. De heer MARTENS constateert dat zich tussen het uitkomen van de kadernota en het vaststellen van de begroting een aantal ontwikkelingen heeft voorgedaan. Het bespreken van de gevolgen daarvan voor de begroting had naar zijn oordeel wat sneller gekund. Hij denkt dat de wijkagent een positieve bijdrage kan leveren aan de jeugdopvang en voor de woonomgeving in Rijsbergen. Het amendement daarover heeft dan ook zijn instemming. Hij is van mening dat zijn inbreng en zijn voorstel rondom de afvalstoffenheffing wel degelijk op het juiste moment komen. Hij is teleurgesteld over het ontbreken van een onderbouwing bij het niet overnemen van zijn eerdere voorstellen. Dat heeft hem ertoe gebracht hier nu opnieuw mee te komen. Hij stelt voor om het financiële aspect van de afvalstoffenheffing nu af te handelen, zodat de begroting afgewerkt kan worden. Over het gestelde in de amendementen zou dan later nog gepraat kunnen worden. Dat zou dan gaan over het kostendekkend zijn, differentiatie van de tarieven, het toerekenen van personele kosten en het egalisatiefonds. Hij vraagt of het college die benadering over kan nemen. Zo ja, dan kunnen die amendementen ingetrokken worden. De heer UTENS is teleurgesteld te moeten vernemen dat de staatssecretaris meent enige afstand te moeten nemen van het schrijven dat in samenspraak met Justitie tot stand gekomen is. Hij acht dat te meer teleurstellend, gezien diverse uitspraken van de provinciale en landelijke overheden in het verleden. Hij is van mening dat je zo niet met elkaar omgaat. Hij wijst op de loyale medewerking die Rijsbergen in het verleden getoond heeft bij het asielzoekerscentrum en het aanmeldcentrum. Hij vindt dat de voorzitter zich in zijn gesprekken hierover best krachtig mag uitlaten. Hij is voorstander van een duidelijke stellingname van de Bestuurlijke Adviesgroep op korte termijn over het vervolg van het traject. Hij wil daarbij uitgaan van het feit dat de fusie tussen Rijsbergen en Zundert een vaststaand gegeven is, welke datum daar ook bijhoort. Hij dringt aan op snelheid, omdat er bij het ambtelijk apparaat en de bevolking anders meer onrust ontstaat dan nodig is. Hij is tevreden over de nadruk die het college legt op de uitvoering van projecten. Ook is hij het eens met de pogingen een aantal zaken nu eens af te ronden. Hij

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1995 | | pagina 133