-5-
De heer PALS pleit voor het handhaven van de openbare verlich
ting op de Bredaseweg en de Antwerpseweg, in verband met de
veiligheid
De heer JACOBS (CDA) pleit voor het zo spoedig mogelijk over
nemen van de kom-traverse door de gemeente Rijsbergen van de
provincie. Het bevreemdt hem dat de financiële tegemoetkoming
pas aan de orde komt als het besluit tot overname genomen is.
Wethouder BOURDREZ licht toe dat het hier gaat om een princi
pe-aankoop. Als over het alsnog uit te voeren onderhoud geen
overeenstemming wordt bereikt, kan de koop alsnog niet door
gaan. Hij geeft de voorkeur aan een lump sum-bedrag, wat kan
worden aangewend voor een reconstructie. Over de openbare
verlichting moeten in een later stadium nog onderhandelingen
plaatsvinden
De heer JACOBS (WNB) constateert dat hij op dezelfde golfleng
te zit als de wethouder, als het gaat over de aanpak van de
reconstructie
De heer PALS is van mening dat de openbare verlichting wel
onderdeel uitmaakt van dit voorstel
De heer MARTENS doet de suggestie om te kijken of de ervarin
gen in de kom van Wernhout nog punten opleveren om van te
leren
Wethouder BOURDREZ zegt het met die gedachtengang eens te zijn
en te willen proberen de financiële bijdrage van de provincie
in een volgende fase te gebruiken. De gesprekken over de
openbare verlichting zoals tot nu toe gevoerd, gingen niet
over het centrum.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform voorstel besloten.
10Voorstel tot aankoop pand St. Bavostraat 108 (Bijlage nr.
77)
De heer JACOBS (WNB) vraagt of er al onderhandelingen zijn met
de twee panden die vóór het betreffende pand staan. Het lijkt
hem logisch die drie panden als geheel te zien, dit in verband
met de mogelijkheid daar dan woningen te plannen.
De heer VAN DE SANDE sluit zich aan bij de opmerking van de
heer Jacobs. De ontwikkeling van het veilingterrein ziet hij
graag zo spoedig mogelijk in de commissie. Hoewel een en ander
wel verband heeft met elkaar, is dat gebied thans niet aan de
orde. Hij complimenteert het college met deze snelle hande
ling.
De heer MARTENS wijst op het verband met het project veiling.
Hij vraagt waarom de gemeente dit pand aankoopt en het niet
aan de projectontwikkelaar laat, die de rest van het veiling
terrein ook in handen heeft. Hij vraagt of het niet verstandi-