- 10 - raadslid snel en adequaat worden behandeld. Hij verzoekt het reglement van orde niet nu vast te stellen, maar terug te verwijzen naar de commissie voor het invoegen van een artikel waarin de rondvraag is opgenomen. Mevrouw HAAST-DECKERS constateert tot haar spijt dat het reglement, ondanks de veelvuldige commissiebehandeling, toch nog mazen vertoont. Om goed te kunnen werken is het beslist noodzakelijk dat we over een goed reglement van orde beschikken. De heer RIETVELD heeft met enige verbazing naar de woorden van de heer Pais geluisterd. In de commissie Bestuurlijke Aangelegenheden heeft diens fractie genoot het voorliggende reglement gewoon volmondig onderschreven, inclusief het gewraakte artikel. De heer UTENS merkt bij interruptie op dat de heer Pais duidelijk melding heeft gemaakt van de afwijkende mening van zijn fractiegenoot. De heer RIETVELD had ook uit eerdere commissiebehandelingen begrepen dat de betreffende fractie accoord was. Hij blijft de discussie vanavond toch opmerkelijk vinden. Met betrekking tot ambtsgebed en levensbeschouwelijke grondslag betreurt hij dat het CDA enige zaken door elkaar haalt. Hij vindt dat niet helemaal terecht, maar kan het zich vanuit hun achtergrond wel voorstellen. De fractie Dorpsbelangen heeft in de commissie duidelijk aangegeven dat levensbeschouwelijkheid in de raadsvergadering en zeker in het reglement van orde geen plaats hoeft te hebben en daar hebben zij de goede motieven bij aangegeven. Hij acht het belangrijk na invoering van het reglement de uitwerking in de praktijk te blijven beoordelen en nauwlettend toe te zien of alles werkt zoals het bedoeld is. Met betrekking tot de notulen merkt hij op dat die in principe de volgende raadsvergadering moeten worden vastgesteld. Doe je dat maanden later, dan weet niemand meer wat er toen precies besproken is en is het ook moeilijk dan nog correcties aan te brengen. Zijn fractie is niet voornemens op dat punt het reglement te verwerpen, maar hoort graag van de voorzitter hoe men denkt daarmee om te gaan. De normale vergadercyclus is zes weken en in principe moeten we in staat zijn om binnen die zes weken de notulen door het college accoord te laten bevinden en vervolgens aan de raadsleden ter beschikking te stellen. De VOORZITTER merkt op dat het reglement de vorige keer is teruggenomen omdat er enige twijfel was of de juiste stukken hadden voorgelegen in het dossier. In zo'n geval is het verstandig de uiterste zorgvuldigheid te betrachten en het stuk terug te nemen. Het reglement is inderdaad in verschillende commissies aan de orde geweest. Wat zijn nu de verschillen ten opzichte van het huidige reglement? Het nieuwe voorstel is gebaseerd op de invoering van de nieuwe Gemeentewet, die voorschrijft dat we binnen twee jaar voorzien moeten zijn van een nieuw reglement. Voorts is de voorzitter van mening dat, met betrekking tot het ambtsgebed, we hier geen discussie moeten voeren over grondslag en levensbeschouwelijke zaken. Bij de vaststelling van het vorige reglement in 1986 is door Provinciaal Bestuur de opmerking gemaakt dat het opnemen van het ambtsgebed in het reglement van orde strijdig is met internationale verdragen. We kregen toen de aanwijzing dat bij de eerstvolgende wijziging van het reglement in orde te maken. Een en ander heeft dus niet te maken met wat deze of gene aan overtuiging heeft. We dienen in deze de grondwet te respecteren. Ten behoeve van een zekere uniformiteit op dit gebied heeft het college het modelreglement van de V.N.G. hierbij gehanteerd. De opmerkingen met betrekking tot de notulen worden door de voorzitter onderschreven. Het feit dat deze doorgaans te laat zijn is niet te wijten aan boze opzet, maar wordt veroorzaakt door de grote I DAW HIH3CM0 ,VQ J30THG'V

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1995 | | pagina 10