- 17 - Dhr, v.d. Bemd Toen deze zaak (die exploitatie-opzet) in de commissie is behandeld, was ook dhr. Kelders van B.R.O. aanwezig. Wij hebben nadien, per fractie een opzet gekregen, iets wat de zaken in ieder geval verduidelijkt en vergemakkelijkt, om als fractie als groepering om die zaak toch in alle rust nog eens nader te bestuderen. Als je die zaak in alle rust dan nog eens nakijkt, dan is het jammer, maar het is toch een constatering, dat er een stuk zuiverheid in deze exploitatie-opzet ontbreekt. Bepaalde zaken brengt men enerzijds niet in bij de ontwikkeling van het exploitatie-gebied, anderzijds brengt men het weer wel in, terwijl het eigenlijk reëeler zou zijn om die te zijner tijd, als datgene in ontwikkeling zou komen, om dat dan op te voeren. Daar hebben wij toch wat moeite mee. Verder hopen wij dat met name op het stuk uitbrei ding van nutsvoorzieningen (daar komt straks nog een agendapunt omtrent de uitbreiding, dat met name percelen gelegen in de Rubertstraatdat zijn er dan toch nog enkele, die in en uit de kom zitten, wat voorzieningen-niveau van Rijsbergen betreft, want de panden zijn niet aangesloten op riolering en CAI-systeem. Ik heb omtrent dat alles eind mei een schrijven gericht rich ting college. Het is in ieder geval verheugend dat er waarschijnlijk in week 32 of 33 de mogelijkheid om de percelen aan te sluiten en de riolering: dat dat waarschijnlijk gaat plaatsvinden. Maar het stuk andere nutsvoorziening zal waarschijnlijk wel aangelegd worden, maar te zijner tijd bij de aanleg van Hooiberg, fase 2, dan zal waarschijnlijk de CAI pas gerealiseerd gaan worden. Dat is van de ene kant jammer, van de andere kant laat deze exploita tie-opzet eens te meer weer zien, hoe met name de provincie richting groei- klasse-II gemeenten, waarin we ondanks het nodige werk, de nodige druk op de ketel bij de provincie om daar toch een groeiklasse-II1+ van de maken, de af gelopen periode, dat wij daar helaas niet in geslaagd zijn. Ik denk dat dat ook één van de redenen is van de provincie om de zaak mondjesmaat in ontwik keling te brengen. Dan was het in onze visie in ieder geval zuiverder ge weest, dan dat er een aantal passages die in de commissie ook ter tafel ge weest zijn, bij de wethouder ook ongetwijfeld bekend, dat we die eigenlijk nu uit zouden moeten halen en te zijner tijd terug inbrengen, bijvoorbeeld na het jaar 2000, omdat het eerste gedeelte de komende zeven jaar inhoudt. De voorzitter Nog andere leden van de raad? Dhr. Bourdrez Als ik het goed lees dan hebben wij hier te doen met de vaststelling van een exploitatie-opzet. Dat is dus zogezegd de kostprijsberekening. Ja, als dit de kostprijsberekening is, dan heb ik in de commissie ook gevraagd, geef mij nu eens een duidelijk overzichtelijk overzicht van hoe die zaak in elkaar zit; in het bijzonder met de oppervlakte, want daar klopte in de vorige op zet geen "tittel, noch jota" van. We zijn er 16.000 kwijt, ging ik uit van de berekening van B.R.O.dan kwamen we weer bijna op het oude aantal terug. Hoe zit dat nu in elkaar, heb ik gevraagd. Maar je kunt het vragen, want je krijgt toch geen antwoord. Dat is zo zachtjes aan bekend. Maar ik wil er toch wel op aan blijven dringen, want hier speelt nog wat extra's door heen, het geval van de aannemer, die daar gronden uit gekocht heeft. Ik heb toch een heel huiverig gevoel (omdat die kwantiteiten niet kloppen) dat dat niet helemaal in orde is. Nu zie ik dat deelgebied 1.) dat dat er helemaal uit is genomen. Daar staat toevallig de scouting op, maar het is er helemaal uit. De wegen halen we er uit, maar de kosten van aankoop van fl. 175.000,-- laten we er toch maar inzitten. Ja, zo lust ik er nog wel een paar. Als het er nu ergens niet in thuis hoort, dan is het in deze plan-opzet. Als het dan nog ten laste van de post "grote werken" komt, dan valt er misschien nog over de praten, maar zeker niet een deel van de kostprijs uitmaken. Dan nog een ander facet; we moeten nog gronden aankopen, en die zijn maar gestaakt,

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1993 | | pagina 71