- 14 - zoveel tijd in beslag heeft genomen en dat wordt een beetje een handicap. Er is zo een lange voorgeschiedenis. En iedereen grijpt terug op argumenten. Ik wil daar zeker geen afbreuk aan doen. Iedereen grijpt terug op eerdere uitspraken, of argumenten, en eerdere stel1ingnameOp een gegeven ogenblik denk ik dat je er haast niet meer uit kan komen, tenzij je gewoon zo van je standpunt af kunt stappen door te zeggen van: laten we de zaak nu eens op de keper beschouwen. Wat is er nu aan de hand. We hebben een concept-plan. Ja we hebben grond in eigendom. De provincie heeft toegezegd om positief mee te werken aan artikel 19. Dat geeft ons de mogelijkheid om te beginnen. En an derzijds staan er een aantal bedrijven hier in het Rijsbergse te wachten tot dat zij een alternatieve mogelijkheid om te verplaatsen. Ik denk dat we die hele voorgeschiedenis het beste een beetje op de achtergrond kunnen drukken en even "to-the-point"wat is er nu aan de hand, wat hebben we vandaag no dig en waar moeten we mee verder gaan. Ik wou nog even memoreren aan de uit spraak van dhr. Rietveld, die, ik kan mij dat heel goed herinneren, omdat ik hem destijds heb opgeschreven, toen wij een andere locatie kozen dan Dorpsbe langen in hun gedachte hadden. Toen zei hij, oke, de meerderheid heeft be slist; vanaf nu zullen wij royaal meewerken aan de realisatie daarvan. Wat het dan ook verder in mogen houden. Dat blijkt nu. Ik wilde toch mijn colle ge-raadsleden oproepen, om eens goed na te gaan waar wij mee bezig zijn. Wil len we door, willen wij een bedrijventerrein, oke, willen we de bedrijven in het Rijsbergse helpen, dan zal er toch wat moeten gebeuren. Dan zullen we toch niet al te lang meer moeten talmen. Dan zullen we toch knopen door moe ten hakken. De voorzitter Nog andere leden van de raad? Dat is niet het geval, dan wil wethouder Utens nog even reageren. Wethouder Utens Ik heb een tweetal bijeenkomsten gehouden met de vraagstelling van dhr. Rens dat was voor eenieder duidelijk. Daar heeft dhr. Rens ook een brief over ge stuurd. Op die brief is geen antwoord gegeven, vanwege het simpele feit dat u op 12 mei gezegd hebt, nee wij werken daar niet aan mee, want wij houden de artikel-19 procedure aan de raad. Dat was het essentiele om de onderhan delingen met dhr. Rens stop te zetten en hem mede te delen dat wij geen mo gelijkheden meer zagen. A.) tot verder onderhandelen, omdat daar gewoon heel pragmatisch een tijdsprocedure bijzat. Dat kan dhr. v.d. Bemd wel zeggen dat het antwoord heel mager is, maar het antwoord is heel duidelijk. De procedu re is in samenwerking met de provincie en door de provincie hier gepresen teerd in het kader van de voortgang van die sanering. Dat doet overigens geen afbreuk aan het recht van de omwonendenom te reageren om bezwaren in te dienen of wat dan ook. Dat staat helemaal niet ter discussie. De provin cie heeft met name zelf mede, gezien haar belangen die zij daar heeft, want de provincie moet aan de andere kant zorgen voor een tijdige sanering van Brabant Chemie, en het schadeloosstellen van dhr. Rens. Dat zijn zaken die in een later moment naar voren kwamen. Zij zou deze zaken af moeten werken. Dus het eerste belang ligt wel degelijk bij de provincie. Die provincie heeft wel degelijk aangegeven een uitzondering te willen maken als het ging om een artikel-19 procedure. Dat is geen mager antwoord, maar dat is een af doende antwoord. Men heeft zelf het initiatief genomen. Vaak wordt er rich ting Den Bosch gewezen. Nu was het Den Bosch die het initiatief nam. Dat geldt ook hetzelfde voor die milieu-vergunningen. Dhr. Rens heeft aangegeven tussen de categorie 3 en 4. Waar het vooral om ging, was dat hij bereid was om een procedure in gang te zetten. Het moge heel duidelijk zijn, dat er een vergunning uitrolt, die voldoet aan de eisen die de Wet Milieubeheer op het ogenblik stelt aan de vestiging van een dergelijk bedrijf met voorschriften vandien. Hij zal moeten voldoen aan die categorie, zoals aangegeven in het

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1993 | | pagina 68