- 11 - De voorzitter Bestaat er behoefte aan een tweede instantie? Dhr. Bourdrez Ik heb toch zo een beetje het gevoel dat we nu bezig zijn met het spel van de zwarte pieten. Nu is in het antwoord van de wethouder gezegd, uit hoofde van de zorgvuldigheid heeft het meer dan anderhalf jaar geduurd. We hebben hier dhr. Kelders een paar weken geleden gehad, en toen heb ik hem gevraagd. Hij wist helemaal niet waar, hoelang heb je nu nodig voordat er een bestem mingsplan is inclusief kostprijs. Nu, vier maanden en als het moet kan het nog sneller. Daar zit een jaar meer bij, minimaal en nu wordt er gesugge reerd dat de raad het voor zijn verantwoording moet nemen wanneer er bedrij ven weggaan. Niets is minder waar. Het allereerste wat een bedrijfsman vraagt is a.) wat zijn de prijzen? Van die prijzen weten we nog helemaal niets af. Totaliter niets. Dus die zorgvuldigheid heb ik mijn grootste be denkingen over. Ik denk dat er te lang ergens is blijven liggen. Want u weet zeer wel dat wij, mevr. Baelemans en ik, ons hard hebben gemaakt voor het bedrijventerrein en om voor onder andere Rijsbergse bedrijven inclusief ca tegorie 4. Het antwoord van het college is geweest: inclusief drie en dan moeten zij zich maar aanpassen. Aanpassen is extra maatregelen nemen, dat houdt in extra investeringen doen. Maar dat is nog niet alles. We weten dus nog niet definitief of dhr. Rens, gezien die gevarenbrief erop kan. U weet toch net zo goed als ik dat in feite toch met hem al een beetje rondgesold is. Hij heeft al drie locaties gekregen. De eerste was niet goed, de tweede ging niet door, en toen moest het maar drie worden. Dat is één. De prijzen zijn niet bekend, de aankopen lopen niet naar wens. Tijdens ieder onderdeel waar men een bezwaar tegen kan maken, zal men daar bezwaar tegen maken, ter wijl dhr. Rens over anderhalf jaar gevestigd moet zijn en weg moet zijn op het terrein van Brabant Chemie, vanwege een grote boete die hem boven zijn hoofd hangt. Die gaat dus weg. Wij kunnen zo'n ondernemer toch niet het ri sico laten lopen dat overal waar Raad van State of Hoge Raad-procedures gaan komen, dan haalt die man het nooit binnen anderhalf jaar tijd. Die suggestie moeten we nu voor eens en voor altijd wegnemen en wat ik hier zeg, dat is niet zomaar; dat is heel goed gefundeerd. Laten we nu een keer ophouden met dat zwarte pietenspel. Zorg nu eens een keer voor dat er een plan bij 's-Her- togenbosch ligt en dat zij over dat plan gaan praten. In dat bestemmingsplan heeft de wethouder ons toegezegd: daar komen alle voorwaarden en bepalingen in, want die wilde u niet in de uitgifte-voorwaarden hebben, want die wilde u in het bestemmingsplan hebben. Dan ga ik eerst op dat bestemmingsplan zit ten wachten, voordat we tot de uitgifte kunnen komen. Prijzen zijn essenti eel, dus ik snap deze benadering helemaal niet. Het is iedere keer (in die drie jaar dat ik nu lid ben van de raad), dat we in een dwangpositie worden gemanouvreerd, en dan moet het er maar even doorheen gejast worden. Hier gaan we (en dat is in alle rust en vrede al een paar keer aangekondigd) niet in mede. Dhr. Rietveld Ik wil toch even op de woorden van wethouder Jochems terugkomen, met name waar hij de uiteenzetting doet over de artikel-19 procedure. Het is hem na tuurlijk ook bekend, dat het provinciaal beleid is om een zeer terughoudend beleid te voeren met betrekking tot de artikel-19 procedures. Waarom is dat: nu dat is niet voor niets; dat heeft mede te maken met het feit dat op het moment dat je die procedure volgt, dat je best eens een keer een aantal demo cratische waarborgen daarmee gaat omzeilen, die in een bestemmingsplan-proce dure (als je die normaal afwikkelt), wel hebt. Een normale klachtenprocedure etc. Artikel 19 vind je eigenlijk alleen toegepast daar waar bij de uitvoe ring van een bestemmingsplan nauwelijks problemen te verwachten zijn. Ik heb u al aangegeven dat wat onze fractie betreft, in ieder geval bij het bestem-

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1993 | | pagina 65