- 4 - Mevr. Baelemans Zoals u zojuist hoorde ondersteunt onze fractie het amendement zoals dhr. v.d. Sande zojuist indiende. Ik wil ook verder niet terug in herhaling treden over de vele discussies die wij hierover al gehad hebben. Ik wil alleen even terugkomen op de vorige raadsvergadering waarin toch opviel dat het CDA stelde, dat zij voor districtscatechese de wijziging of het amendement desondanks niet steunde en zei, dat het afbreuk deed aan het beleid, dat we gevoerd hadden. Ik wil toch heel duidelijk stellen, dat wij hier te maken hebben met een evaluatie en dat dat duidelijk iets anders is, het is bijstellen van het beleid en niet afbreuk aan het beleid. Dus ik wil dat toch wel heel duidelijk stellen naar het CDA toe. Ik wil dan toch ook nog een opmerking maken naar aanleiding van de beantwoording van wethouder Utens, die toen zei dat de districtscatechese een taak en een zaak is van het schoolbestuur. Hij was voornemens om een budget aan het schoolbestuur ter beschikking te stellen, wat aanduidt schoolse activiteiten, gedaan konden worden. Vorige raadsvergadering heb ik de opmerking nog meteen gemaakt dat mij dat bevreemde, want tijdens de discussie van het school zwemmen was dit helemaal niet aan de orde geweest. In onze visie is schoolzwemmen toch ook een buitenschoolse activiteit. Dan denk ik wanneer we een budget samen gaan stellen, prima, maar dan niet het ene erin laten vallen en het andere niet. Buitenschoolse activiteiten zijn in mijn ogen buitenschoolse activiteiten. Dhr. v.d. Sande zei net al dat wij dit zouden steunen. Wij hebben dit beloofd aan de kiezers. Ik heb dit al meerdere malen gezegd. Het staat heel duidelijk genoemd in het verkiezingsprogramma, dat wij zouden steunen. Plus de C die in onze naam zit willen we toch waarde aan hechten. DhrMartens Ook deze keer wordt er weer richting CDA gepraat en terecht denk ik, wat dit onderwerp betreft. Wat ik ook vorige keer al gezegd heb, dat ik in ieder geval wil onderstrepen dat het CDA voorstander is van de invulling van de districtscatechese. Wat de opmerking van mevr. Baelemans betreft, dat dit punt afbreuk zou doen aan het beleid. Als ik dat zo gezegd zou hebben, dan zou ik daarnet wel een opmerkinggemaakt hebben over de notulen, want zo staat het er niet. Het staat er nl. als volgt. Het ging over een vergadering eerder, waarin op een gegeven moment het initiatiefvoorstel van Dorps belangen aan de orde was. Het ging nl. over een extra subsidie toekennen over het jaar 1993. Dat heb ik genoemd als doende afbreuk aan het beleid, wat we over de jaren 1991 t/m 1993 hebben afgesproken. Ik heb ook daar uitgebreid verwezen naar de evaluatie waar we op dat moment mee bezig waren. Waarbij we dus nieuwe standpunten kunnen inbrengen. Zoals u zegt, op dat moment is het moment er om nieuw beleid in te voeren. Nou, ik moet zeggen dat gelukkig niet iedereen met vakantie geweest is, want inmiddels is het voorontwerp welzijnsprogramma al door de inspraakprocedure. Wat ik zie tot mijn vreugde is dat het hele amendement, dat we hier voor ons hebben, dat hebben we helemaal niet nodig. Want in het nieuwe ontwerp zien we dat onderwijsbegeleiding, zoals ik vorige keer al aangekondigd heb, in een veel breder verband gezien wordt. Onderwijsbegeleiding in het algemeen houdt niet alleen onderwijsbegeleidingsdienst in maar het gaan werken met een budget, zodat we hier niet de discussie hoeven te doen, waar de school f 5,zus of f 10,daar aan uitgeeft. Nee, laat het schoolbestuur zelf de prioriteiten stellen, dat wij zeggen; hier heb je een bedrag, daar moeten jullie het mee doen en kies nou zelf maar. Ik moet zeggen dat om die reden het amendement absoluut niet nodig is en ik zou dan ook willen verzoeken om het verder terug te trekken.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1993 | | pagina 107