I - 5 - bestemmen voor de doelgroep waarvoor het in dit geval gaat. Ik denk dat terecht opgemerkt wordt wat dhr. v.d. Rijzen ook stelt: het evalueren. Maar het evalueren wordt dus uiteraard pas na een periode van 1 jaar gedaan, om dat we normaal gesproken de grens ook stellen (als het gaat om de gemeente lijke regeling inkomens die langer dan 1 jaar het minimum inkomen hebben of op de minimum-inkomensgrens zitten)dat die daarvoor primair in aanmerking kunnen komen. Ik denk dat het een goede zaak is om dit te evalueren aan de hand van de resultaten en de bijstellingen, zoals we dat met de nieuwe no ta's ook gewend zijn. Ja, betreffende het stuk voorlichting. Ik denk dat we daar ook aan moeten wennen. Ik denk dat we primair ook de nota's toeganke lijk moeten maken, dat wil zeggen dat we in ieder geval de plaatsen waar nor maliter op dit moment stukken vanuit het gemeentehuis ter inzage gelegd wor den dat we daar ook de mogelijkheden zullen bekijken om met name deze nota's continu ter inzage te leggen, zodat de stukken voor de burger inderdaad ruim toegankelijk zijn. We zullen daar zeker aandacht aan besteden. Ja, betreffen de de vraag van mevr. v.d. Bemd en waar ook dhr. v.d. Sande op reageert, dat is een financieel-technisch verhaal. Ik kan de opmerking meenemen en ik denk dat we bij de uitvoering van het beleid eens na zullen moeten gaan of dat zinvol is. Ik denk dat op voorhand het niet verstandig is om dit daadwerke lijk al te koppelen, maar ik wil de suggestie zonder meer meenemen om in de praktijk hier eens naar te kijken of dat het überhaupt verbeterend zou kun nen werken voor het voeren van dit beleid. Maar ik denk dat we dat beter kunnen doen aan de hand van een evalutatie en daar waar nodig zullen we daar zeker bij uw raad op terug komen. Ik denk dat ik hiermee dit onderwerp in eerste instantie voldoende beantwoord heb. De voorzitter Bestaat er behoefte aan een tweede instantie? Mevr. Baelemans Ik wil toch even terugkomen op die doorstroming van die woningen. Ik denk dat we dat inderdaad niet los kunnen koppelen van het woningbouwbeleid. U schrijft in uw stuk dat er gestimuleerd zal gaan worden. Ik denk dat als we nieuwbouwplannen hebben en met name Hooiberg II, dat we zeer allert zullen moeten zijn om daar ook huizen te bouwen, waarin mensen met een lager inko men terecht kunnen, zodat we niet in het oude gedeelte.... Dat bedoel ik in derdaad wel. We zullen daarop inderdaad zeer allert moeten zijn. Dus ik denk dat we het niet los kunnen koppelen. U zegt dat je het los moet koppelen. Ik denk dat, wil je dit realiseren, je dit niet los zult kunnen koppelen. De voorzitter Nog andere leden van de raad? Dhr, v.d. Sande Mevr. Baelemans stelt ook dat je in de toekomst met het toewijzingsbeleid rekening moet houden. Dus we willen daar gewoon eens verdere uitvoering aan hebben, met dit woningbouwprogramma in de nieuwe woonwijk Hooiberg fase II, voor de goedkopere woning, anders blijf je binnen een bepaald gebied zitten met de goedkope woningen. Dat is eigenlijk de achtergrond van onze opmerkin gen. De voorzitter Nog andere leden van de raad? Dat is niet het geval, er zijn ook nog vragen die in een andere portefeuille terecht komen. Het gaat nu over de nota "Mini mabeleid" Ik denk dat we over die andere vragen in een andere context nog eens een keer discussie gevoerd zou kunnen worden. Heeft de wethouder nog be hoefte aan een tweede instantie. K

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1992 | | pagina 40