ra t - 15 - derdaad in twee commissie-vergaderingen zeer uitvoerig is gesproken, maar dat bij de advisering uiteindelijk na twee commissie-vergaderingen, er een zodanige verdeelde opvatting was, dat daar geen "koek van te bakken was". Er was duidelijk geen unanimiteit met betrekking tot welke kant het uit zou moe ten gaan. Het college heeft zich daarover beraden en een en ander op een rij tje gezet, wat er in het verleden met betrekking tot de centrale antenne als beleidsvoornemen uitgesproken is en hoe zou je daar in die uitspraak nu in de toekomst mee verder kunnen. Oorspronkelijk was het de bedoeling geweest om een voorstel op tafel te krijgen waarbij het totale buitengebied in een keer aangesloten zou kunnen worden. Er is door menigeen in deze raad het no dige huiswerk gedaan om daar hetzij via technische, hetzij via financiële in breng in te hebben. Dan krijg je iets op tafel en dan zul je op enig moment keuzes moeten maken. Dat is helaas niet gelukt. De vraag waar het college nu mee zit is: hoe nu verder te gaan. Want de aanvragen van bewoners uit het buitengebied om aangesloten te worden, nemen alleen maar toe. De frequentie waarin die vragen op ons afkomen ook. We merken dat met name als er beslis singen in het buitengebied genomen moeten worden, die een ingreep betekenen in de infra-structuur ter plekke, en dat bezwaarmakers nogal eens een keer op een hoorzitting verschijnen en daar "klip-en-klaar" laten horen dat ze er toch wel grote moeite mee hebben dat er binnen de bebouwde kom van Rijsber- gen van-alles-en-nog-wat begeurt, zij op enig moment ook worden aangeslagen (in figuurlijke zin) voor medewerking te verlenen aan allerlei zaken, die voor de totale gemeenschap van nut en van belang zijn, maardoch dat het ge meentebestuur nalatig is (althans zo verwoord men dat) om ook een ander ele ment van gemeenschappelijk belang ook ten nutte te laten komen van diegene die in het buitengebied wonen. Ik bespaar u allerlei andere details. Ik denk echter wel dat wij moeten onderkennen dat een aantal mensen ook gewoon be roepsmatig niet anders kunnen dan wonen in dat buitengebied. Eerder zijn ook geluiden uit uw raad gekomen om ook die mensen de mogelijkheid te bieden ge bruik te maken van een stuk techniek wat in toenemende mate wordt gezien als geen pret-object, maar meer als een nutsvoorziening, omdat de techniek op dit moment zodanig gaat in de richting van andere gebruiksmogelijkheden van het kabelnet, dat het op zich alleszins begrijpelijk is dat er gepoogd wordt om ook de panden in het buitengebied aan te sluiten. Omdat de commissie niet heeft kunnen adviseren, heeft het college getracht een weg te vinden die te gemoet zou kunnen komen aan de verschillende opvattingen die er in de frac ties leefden, want een ding was u het wel over eens, nl. u vond dat er op een of andere manier een aansluiting van dat buitengebied zou moeten plaats vinden. Als we er niet toe kunnen komen om nu op dit moment te besluiten om het buitengebied integraal aan te sluiten met alle gevolgen vandien (zowel in de ene optie als in de andere optie is sprake van een verhoging van het abonnementstarief; in het ene geval meer dan in het andere geval. Maar goed dat is een keuze, die moet u als raad maken), denkt het college een oplos sing te kunnen aanreiken door te zeggen dat het te verwachten is dat het graafwerk voor nutsvoorzieningen in de komende periode wat frequentie be treft zal toenemen. Die zaken komen niet gepland op ons af. Op enig moment krijgen wij een verzoek van het nutsbedrijf, dat op een bepaald traject ge graven gaat worden. U weet ook uit eerdere discussies over deze zaak, dat het element: "graafwerk" een zware belasting betekent voor de kosten. Wij stellen u dan ook voor (dat is dan ook de bedoeling van punt 2) om te zeg gen: als er geen unanimiteit te bereiken is, om dan ook vanuit het begrip "Profijtbeginsel", maar ik zou eigenlijk willen zeggen "solidariteitsbegin sel", want als je praat over een nutsvoorziening, dan praat je over een soli- dariteitsgegeven, dat je tot een verevening komt op dat solidariteitsgevoel, dat je zegt dat we gemeenschappelijk die kosten dragen. Dit gebeurt ook met de aanleg van de riolering. Dit gebeurt ook met de aanleg van gas, elektri citeit, telefoon. In wezen zijn dit zaken die op dezelfde wijze tot stand komen. Alleen kun je je natuurlijk afvragen op welk moment is nu de omslag K I

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1992 | | pagina 3