huisvesting meer kunnen vinden in een zaal of RBT veiling, men dan zo snel genegen is uit te wijken naar de sporthal. De sporthal heeft in het verleden bewezen dat dit gebouw uitermate geschikt is voor wat nevenactiviteiten. Wij hebben in de commissievergadering al gevraagd om exploitatie-overzichten van de hal waaruit blijkt dat het gebruik terugloopt financieel in de exploitatie. Uit dat oogpunt blijkt dan kunnen wij ons eerder in het voorstel vinden om de sporthal te verhuren dan omdat missy fancy fair geen huisvesting kan vinden, dat men nu dan genegen is om vloerbedekking aan te schaffen. Dus in eerste instantie, de doelstelling zo lang mogelijk handhaven, of het zou uit cijfers moeten blijken dat er heel veel leegstand is, minder exploitatie-omzet op jaarbasis, dan kunnen ze eventueel bij ons met wijzigingen van de doelstelling aankloppen. Verder in het voorstel van tarieven van gebruik en eventueel verhuur van de eventueel aanschaf vloerbedekking, wil hij er eigenlijk nog een element bijvoegen, een extra garantiebedrag invoeren, dat gestort dient te worden bij het eventueel gebruik van de vloerbedekking in de hal. Mede gezien het risico bij organisatie van bepaalde evenementen. Dhr. Van Beijsterveldt zegt dat in de commissie welzijn uitvoerig over dit onderwerp is gesproken. Er is toen heel duidelijk gesteld dat de sporthal in eerste instantie een sporthal moet blijven en dat we er geen evenementenhal van moeten maken. Hij denkt dat we daar aan moeten vasthouden. We hebben toen gesteld dat we de hal alleen maar zouden gebruiken voor dié activiteiten die binnen het centrum geen plaats kunnen vinden. Dus waar geen bestaande lokaliteiten aanwezig zijn waar men een activiteit kan houden. Dat willen wij als voorwaarde stellen. In het voorstel komen we tegen 10 keer. Wij zouden willen vasthouden aan 5 keer in z'n totaliteit. Want het is natuurlijk zo dat degene die op zondag gebruik wil maken van de sporthal moet wijken. Dan kunnen wij wel spreken over 5 keer en in het voorstel 10 keer maar hij denkt dat we dan niet moeten praten over 10 dagen maar mogelijk over 50 dagen. Deze evenementen hebben een aantal dagen voorbereiding nodig en die hebben ook een paar dagen nodig om de zaak weer op te ruimen. Dus hij denkt dat we daar heel voorzichtig mee om moeten gaan. Dus heel duidelijk beperken tot die evenementen die nergens anders plaats kunnen vinden. Hij vindt dat sport moet voorgaan. Hij wil dan toch niet zo direct praten wanneer de exploitatie in gevaar komt. Hij denkt dat we dan naar andere zaken uit moeten kijken en dat we niet allereerst naar dit moeten grijpen. Dhr. van den Bemd spreekt over van te voren een garantie bepalen. Hij zou inderdaad ook graag daar in mee willen gaan en stellen van wanneer er een eerste evenement heeft plaats gehad laat ons dan gaan evalueren hoe er dan de sporthal uit ziet. Hij denkt dat dat een heel erg belangrijke zaak is voordat we verder gaan. Hij heeft ook begrepen uit de stukken dat de vraag die gesteld is om dit ergens te gaan huren, niet voordeliger is voor de gemeente. Onder die voorwaarden zouden wij akkoord willen gaan. Dhr. Van de Rijzen zegt dat Rijsbergs Belang ook in de commissie al heeft aangedragen terughoudend te zijn bij het gebruik van de sporthal voor andere, dan voor sportdoeleinden. Het is in de eerste plaats een sporthal en wij vinden het maximum wat hier dan 23 april 1981 kennelijk is vastgesteld van 10, wel aan de erge hoge kant. Hij voelt dan inderdaad ook erg veel voor de suggestie van dhr. Van Beijsterveldt om dit terug te draaien naar 5. Wat het besluit betreft, zou hij graag een aanvulling zien. Er staat dat de huur van de vloerbedekking voor een evenement met een maximum 5 dagen 30 stuks f 500,kost en de huur vloerbedekking per rol zonder enige toevoeging f 25,00. Hij denkt dat men daar ook maar een tijdslimiet bij moeten zetten.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1992 | | pagina 59