1 - 21 - buiten gebracht kan worden. Ik denk processueel dat er nog een aantal andere zaken zijn af te spreken. Dat is m.b.t. de hele gang van zaken. Dhr. Rietveld: Als we mekaar de spiegel gaan voorhouden, en ik denk dat dat inderdaad hoog tijd wordt. Dan maak ik daar ernstig bezwaar tegen dat het gebeurt in een commissievergadering Bestuurlijke Aangelegenheden, waar alleen de fractievoorzitters bij zijn. Ik maak net zo goed deel uit van deze raad. En als we daar met mekaar over praten wens ik bij die vergadering gewoon aanwezig te zijn. Dus in principe alle raadsleden. De voorzitter: Ik denk dat er alle aanleiding is om over een aantal onderwerpen die er aangestipt zijn, om daar in een wat breder verband over te praten. Maar ik denk dat de bespreking in de commissie BA een aanzet zou zijn om het in een wat breder verband te doen. Dat zou mijn voorkeur inderdaad ook hebben. Maar er is gevraagd door de heer van Steenoven bij een interpellatie, en daarop moet ik reageren, om dat de eerstkomende commssie BA aan de orde te stellen. Ik wil u best toezeggen dat mijnerzijds in die bespreking erop aangestuurd zal worden om die kwesties in een wat breder verband nog eens nader aan de orde te stellen. Want ik denk dat het veel verder gaat, en in die zin onderschrijf ik uw opvatting. Dhr. Rietveld: Dan wou ik toch gewoon een voorstel doen om in iedergeval hier publiekelijk uit te spreken dat we die vergadering gezamenlijk houden. De voorzitter: Sorry, de heer van Steenoven heeft een interpellatie aangevraagd waarin hij mij heeft gevraagd om over dit onderwerp in de commissie BA van gedachten te wisselen. Ik heb daar volmondig ja op gezegd. Ik heb ook aan de hand van de andere opmerkingen van de raadsleden gezegd, dat de onderwerpen waarom het gaat, dat die naar mijn smaak in een bredere kring doorgesproken zouden moeten worden. Ik denk dat de commissie BA het aangewezen platform is om daar voorbereidingen voor te treffen. Ik zou er zelf ook bezwaren tegen hebben om het alleen tot dat gremium te beperken. Ook ik ben van mening dat we het gezamenlijk door moeten praten Dhr. van de Rijzen: Ik wil toch niet onder stoelen of banken steken dat ik me zeer te kort gedaan voel als raadslid naar aanleiding van een aantal uitspraken uwerzijds in de nieuwjaarsspeech. Ik denk dat we dit niet zondermeer kunnen laten passeren. Als ik u goed inschat is dat ook juist uw bedoeling, dan wordt daarover gediscussiëerd. Ik stel voor dat we inderdaad in de commissie BA een aantal punten op papier zetten en dan later met de hele raad punt voor punt daar eens goed doorheen praten. Ik denk dat dit toch echt niet kan. De voorzitter: Sorryik heb een eigenstandige bevoegdheid waar gemeend op een aantal gronden gebruik van te hebben moeten maken. Als dat aanleiding is geweest om daarover van gedachten te wisselen. Maar als u wilt wil ik

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1991 | | pagina 65