- 42 - lozingsverordening, die gelden die wij daar op dit moment voor krijgen, kunnen in de toekomst toch leiden tot een tekort als het gaat om de uitvoering; de financiering van die taken. Ik denk dat hij daar terecht een opmerking over maakt. Het college deelt deze mening met u. Wij krijgen inderdaad nu wat subsidie-gelden. We gaan wat taken op ons nemen en op termijn zou dat inderdaad wel eens kunnen leiden tot structurele tekorten. Maar wat dat betreft ben ik duidelijk geweest denk ik, dat het college ook die zorg deelt. Brabant Chemie; ja, kritiek op onderzoeken. U zegt dan dat wij meer mogen gaan onderzoeken. U zou mij bijna verleiden tot het doen plegen van onderzoeken. Maar zo is de werkelijkheid helaas niet. Ik ben ook erg voorzichtig geweest met die vijf a tien miljoen. Het zijn vooronderstellingen. De marge van vijf miljoen is best een aardige. Ik proef er in ieder geval wel uit dat u het beleid van het college toch duidelijk ondersteunt en ook de zorg die wij daarover hebben, met name op het gebied van de volksgezondheid, de lange looptijd inmiddels van het hele gebeuren. U kunt er verzekerd van zijn dat wij er alles aan doen om de zaak zoals deze nu op het spoor staat, deze ook op het spoor te houden. De heer van de Rijzen maakt nog een opmerking over het ouderenbeleid; de beleidsnotitie van het Rijserf die ook in november ons hopelijk zal bereiken. En om vervolgens alles in een notitie te vatten, is exact hetgeen wij bedoelen. Wij hebben al een aantal deeltrajecten liggen inmiddels, op het gebied van huisvesting; de plaatselijke ouderenraad is om een reactie gevraagd en inderdaad: Rijserf is ook om een notitie gevraagd, die wij uiteraard daarin willen betrekken. Dhr, van de Rijzen Wanneer kunnen we die ouderen-beleidsnotitie tegemoet zien, wethouder? Dhr. Utens Van het Rijserf? Dhr, van de Rijzen Nee, de totale notitie. Dhr. Utens Dat is u toegezegd voor het eerste kwartaal 1992. Daar zijn ook afspraken voor gemaakt. Dat staat ook verwoord in de nota van aanbieding. De opmerkingen van mevrouw van den Bemd: ja, ik vind het jammer dat u het toch zo blijft stellen. Ik hoop toch dat wij bij het welzijnsprogramma 1993 op een wat andere stellingname kunnen rekenen. U zegt dat het teveel tijd zou kosten om de zaak te verduidelijken. Ik denk dat we hierover in de commissie toch uitvoerig gesproken hebben. U heeft wat voorbeelden aangehaald. Ik heb toch aangegeven, middels de beantwoording daarop, dat het toch wel degelijk weloverwogen is. Ik mag wat dat betreft toch op de steun van de overige fracties rekenen. Ja, u haalt ook nog aan het ontbreken van de bereidheid tot het terugnemen van gas ten gunste van de minima. Ik denk dat dat nu net hetgeen is wat we bedoelen met het welzijnsprogramma; om op termijnen waar we toch steeds als lokale overheid geconfronteerd worden met de terugloop in de financiële middelen die ons vanuit het Rijk toekomen, dat we met name ook zorgen dat datgene wat we hebben aan voorzieningen binnen Rijsbergen, deze ook betaalbaar, maar ook zoals de heer van Steenoven daar aandacht voor vroeg, laagdrempelig willen houden, zodat eenieder daar zoveel mogelijk en een zo breed mogelijk gebruik van kan maken. Ik hoop dat we hierover in ieder geval bij het volgende welzijnsprogramma eens wat uitgebreider kunnen spreken. U plaatst een opmerking over de gebouwen van het schoolbestuur: wij zien een brief van het schoolbestuur in deze tegemoet, maar op dit moment kan ik daar echt geen zinnig woord over zeggen. Wij zijn geen eigenaar van de gebouwen. Ik heb u gerefereerd aan de problemen. Deze zijn u uiteraard ook bekend, conform de wederopbouw van een aantal lokaliteiten in de

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1991 | | pagina 311