moment de wethouder in het begin van zijn betoog al even onderbroken. Toen vroeg hij mij om nog even te wachten tot hij uitgesproken was. Nu ik heb daarna overigens niets gehoord, wat mijn onderbreking teniet zouden doen. Ik wilde daar toch nog eventjes op ingaan. Ik betreur de opmerkingen van de wethouder ten zeerste, door op een gegeven moment een afdeling daarbij te gaan betrekken. Op deze wijze betekent het dat elke discussie doodgeslagen wordt. Ik probeer de dsicussie alleen maar over beleidslijnen te voeren en de portefeuillehouder is de uiteindelijke eindverantwoordelijke voor het gevoerde beleid. Als er dan ook kritiek, dan richt men zich naar de portefeuillehouder en niet naar de afdeling. Ik wou wel graag op deze wijze met elkaar discussie blijven voeren. Als we continu de afdelingen erbij blijven halen, dan denk ik inderdaad dat de discussie niet meer juist gevoerd kan worden. Ik wil ook even inhaken op de opmerking van de portefeuillehouder over de kritische burger. Er wordt door de portefeuillehouder gesproken over de "ik-maatschappijIk denk dat we juist blij moeten zijn dat de burgers kritischer geworden zijn. Het is een heel logisch iets dat de burger op dit moment niet alles meer slikt. Ik denk ook dat onze wereld op de juiste wijze daarmee om kan springen. Heel veel van de problemen kunnen voorkomen worden. Ik denk ook dat het een taak is van het bestuur om dit te doen. De kritiek op het beleid die werden opgesomd die blijft wat mij betreft (en ik spreek ook namens de fractie Dorpsbelangen) gewoon overeind staan. Deels is dat probleem heel simpel op te lossen. Waar ligt dat nu aan....? Veelal dat er helemaal totaal geen zichtbare voortgang is van de diverse projecten, met de nadruk op zichtbaar. Ik denk dat u ons ook daarin een heel stuk tegemoet kunt komen, door zoals er wel eens eerder gesuggereerd is, met name over de grotere projecten hier in Rijsbergen; desnoods elke commissie-vergadering heel kort even verslag te doen van wat de voortgang is en eventueel de problemen die u op het traject tegengekomen bent. Misschien dat dan de volgende keer de kritiek op het beleid niet meer nodig is, omdat we exact weten wat de stand van zaken is en welke problemen er onderweg geweest zijn en ook aan de raad bekend is. Ik zou dan zeker ook willen vragen om de activiteitenplanning, waar al eerder een keer over gesproken is, om die in stand te houden en daar toch regelmatig op terug te komen. Ik wil ook nog even ingaan op de plannen voor het woningbouwbeleid. Ik denk dat we rustig kunnen stellen dat plannen die het op een verantwoorde wijze mogelijk maken dat de Rijsbergenaren de mogelijkheid te geven in de eigen plaats te blijven wonen, kunnen rekenen op onze steun. Hiervoor dient uiteraard wel de nodige creativiteit aangewend te worden. We zullen dat toch zeker niet in de weg staan. Ik wil toch even inhaken op het bestemmingsplan Buitengebied omdat net de suggestie gedaan werd dat het mogelijkerwijs verstandig zou zijn om te wachten op de ruilverkaveling/c.q. landinrichting. Ik denk dat we daarmee de verkeerde weg ingaan, omdat het dan nog veel langer gaat duren, dan dat het nu al duurt. Ik meen zelfs (als mijn geheugen mij niet helemaal in de steek laat)dat niet zolang geleden de wethouder vertelde dat de ruilverkaveling de nodige vertraging opgelopen had. Het lijkt mij zeer onverstandig om daar op te gaan wachten. Dan kom ik toch even terug op mijn eerste opmerking. Ik heb geaarzeld of ik die nu wel of niet zou uiten, maar ik uit hem toch; ik vind dat de wijze waarop het betoog gevoerd is, met name richting Dorpsbelangen, bevestigt in ieder geval de door ons geuite kritiek heel duidelijk. Ik wou het voorlopig hier even bij laten. De voorzitter Nog andere leden van de raad? Dhr, van de Sande Zoals u merkt, doen we het met zijn tweeën; dhr. Rietveld namens de commis sie Grondzaken en ondergetekende namens Welzijn en Middelen. Toch even een

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1991 | | pagina 300