- 12 - gesproken in de commissie Grondzaken. Ik denk dat we daar met zijn allen over op één lijn zitten. Natuurlijk moet aan de infrastructuur, wanneer dergelijke projecten allemaal gerealiseerd zijn en liefst natuurlijk voordat ze gerealiseerd zijn, wat gedaan worden. Ik denk dat we daar in een apart onderdeel op terug komen. Op de eerste plaats natuurlijk in de commissie Grondzaken. U zegt: "ja, er dient haast gemaakt te worden met de bestemmingsplannen Hooiberg, 2e fase. Ja, daar zijn we natuurlijk met zijn allen over eens, maar ja het klinkt misschien vanavond een zeer afgezaagd en oud liedje. U weet dat er binnen Grondzaken enorm veel geïnvesteerd is de laatste drie jaar. Er zit ontzettend veel in de pijplijn. Er zit ontzettend veel aan het einde van de pijplijn. Ik hoop ook dat dat zo spoedig mogelijk eruit komt. Dat is ook het geval met Hooiberg, 2e fase. Dat is voorgesteld in de laatste commissievergadering Grondzaken (het plan ligt eigenlijk ter inzage op dit moment)Ik denk dat we zo spoedig mogelijk in fases althans Hooiberg, fase 2 in kunnen gaan vullen. Hetzelfde geldt voor-wat-betreft de stand van zaken betreffende ConijnsbergheOok daar hebben afrondende gesprekken plaats op dit moment tussen de Provincie en de gemeente Rijsbergen. Wij hebben zeer goede hoop dat op korte termijn hieraan invulling gegeven kan worden. U vraagt: "Zijn er nog meer projectontwik kelaars voor het bouwen van woningen". Nu er is één project-ontwikkelaar, die zich heeft aangediend voor een plan (maar dat is pas binnen) voor de Hofdreven; meer zijn er mij op dit moment niet bekend. U zegt ook: "wordt er eigenlijk wel vanuit Rijsbergen voldoende aandacht op gevestigd bij de RVC en de provincie dat de reëele behoefte aan woningen het aanbod ver te boven gaat. Ja, daar wordt voldoende aandacht aan besteed; meer dan voldoende. Ik moet u zeggen dat dat ook niet altijd bij de RVC in dank aanvaard wordt, omdat het iedere keer hetzelfde verhaal is dat Rijsbergen (maar niet alleen Rijsbergen, maar alle kleine gemeenten die rondom de grote stad liggen) proberen om zoveel mogelijk woningen te bouwen, omdat de druk vanuit de grote stand op de kleine gemeenten enorm is op dit moment. Het is eigenliljk van iedereen, van portefeuillehouder die in de RVC zitten, iedere keer hetzelfde liedje, van ja het is veel te weinig. U kent de strategie van de provincie. Zij proberen toch de klasse-II gemeenten zo weinig mogelijk te laten bouwen, vooral in de vrije sector. De sociale sector: daar komen we eigenlijk toch wel (vind ik) voldoende aan ons trekken; ook de premie-woningen zijn voldoende aan bod, omdat daar (dat is denk ik ons geluk) in de grote stad niet zo heel veel vraag meer naar is. Die worden dan teruggewezen naar de kleine gemeenten. Het is eigenlijk toch ons geluk dat we daar in ieder geval voldoende mee kunnen bouwen. Ik denk ook dat het verhaal u bekend is, dat wij iedere keer terug komen op de grootschalige projecten die in ons dorp verwezenlijkt zijn of verwezenlijkt gaan worden, dat we daar in ieder geval aandacht op vestigen bij de RVC en bij de provincie. Ik zeg ook met nadruk bij de RVC omdat dit altijd via de RVC moet lopen. Je kunt niet zomaar, dat kun je wel en dat doen we ook wel: richting Den Bosch gaan en zeggen van nou: de gemeente Rijsbergen had er toch nog graag een 20 a 30 woningen bij: als u dan teruggrijpt dan hebt u er misschien 15; nee zo werkt het niet. Dat moet via de RVC. De RVC verdeelt de contingenten: al datgene wat wij als gemeente meer bouwen, moet in andere gemeenten van ons stadsgewest ingeleverd worden. Dat is altijd een "touwtrekken" tussen gemeentebesturen in de trend van: ik heb wel of geen gelijk. Als u vraagt: "Wordt daar voldoende aandacht aan besteed", dan ben ik daar vast van overtuigd dat dat wel is. U vraagt ook nog naar invulling van de vijfde fase van de riolering; zijn dan alle panden in het buitengebied aangesloten. De twee-en-zeventig of vier-en-zeventigdat ben ik kwijt; maar ik denk twee-en-zeventig woningen die de vijfde fase uitmaken. Ik denk dat u daar toch een verschil in moet maken. Er zijn natuurlijk super-onrendabele gebieden. Die kunt u zelf invullen. Eén of twee woningen die ergens heel ver achteraf zitten. Dat is natuurlijk de vraag.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1991 | | pagina 281