- 14 - in januari al aangegeven. Voor alsnog willen echter niet verder gaan dan de 2 alternatieven die verwoord zijn in het voorstel van het college. Voor ons staat ook op 1, zelfstandigheid zoals wij die nu kennen. Wij laten nu een aantal taken uitvoeren door het Stadsgewest. Wij kennen andere samenwerkingsverbanden, denk bijvoorbeeld maar aan Mark en Weerijs en dergelijke zaken. Daarnaast willen wij graag die wgr-plus bezien. Dan wil ik dat noemen een verbeterd Stadsgewest. Het functioneren van een Stadsgewest is met het in beeld komen van de stadsregio steeds vaker ter discussie gesteld. Wij hebben daar heel veel over kunnen lezen, wij horen daar best iets over. Alleen vraag ik mij af of dit ligt aan het Stadsgewest dat niet functioneert of dat het aan ons ligt. Dan durf ik gerust voor mijzelf te stellen dat ik van het Stadsgewest nauwelijks iets afweet. De taak van het Stadsgewest, ik denk dat mevrouw van den Bemd dat kan beamen, daarvan is het grootste gedeelte van de raad totaal niet van op de hoogte. Ik denk dat het ons niks interesseert. Mevrouw van den Bemd: Ik weet helemaal niet of de raad daar wel of niet van op de hoogte is, dat heeft de raad mij nooit verteld. Dhr, van Steenoven: Daarom, de raad heeft u ook nooit iets gevraagd als ik goed geinformeerd ben aan u over het functioneren van het Stadsgewest. Ik denk dat wat dat aangaat op de goede lijn zitten. Ik vraag u als college of het Rijsbergse vanuit het Stadsgewest ook de vraag heeft gekregen om bouwstenen aan te dragen voor een beter functioneren van het Stadsgewest. Het is ons namelijk bekend dat andere gemeenten op dat terrein benaderd zijn. Is dat zo, wat gaan we daar mee doen? Is dat niet zo, gaan we dan na waarom andere wel gevraagd zijn en wij niet. Ik heb ook een aantal toetsingscriteria voor de 2 alternatieven. Ik kom terug bij het inwonersaantal. Er wordt steeds gesproken of 6.000 a 7.000 inwoners, wat kunnen we daaraan doen. Een versterkt woningbouwprogramma zou hier een oplossing kunnen bieden. Daarnaast zouden we bestuurlijk en ambtelijk in staat moeten zijn om zelfstandig te blijven, anders denk ik dat de reorganisatie m.n. geen enkel nut gehad heeft. Wij zien vooral problemen op het terrein van de milieuproblematiek. Wij hebben pas een samenwerking op gestart die we MTS noemen. Ik denk dat het de kans verdient om te bewijzen dat we die taak samen met andere gemeenten aan kunnen. Uiteraard staat voor ons ook het behoud van de leefbaarheid heel hoog in het vaandel. Wij willen voor alsnog niet verder gaan dan het voor stel van de 2 alternatieven. Kijken naar samenwerking met 1 of enkele gemeenten betekent in onze ogen in dit stadium dat je het geloof in een zelfstandig Rijsbergen opgeeft. Wij hebben dit nog niet gedaan, en wensen daar ook niet over te denken, laat staan alternatieven te bestuderen. Mevrouw van den Bemd: De verslagen van datgene wat overige sprekers reeds gedaan hebben, heb ik met belangstelling beluisterd. Datgene wat men zegt, 2 a 3 maanden geleden hebben wij dat al ingebracht. Dat klopt, maar ook datgene wat ik nu ga in brengen en wat wij in het jaar 1990 tijdens de bijeenkomst voor positione ring voor Rijsbergen en al de vorige vergaderingen ingebracht hebben die kloppen ook. Het doet me een beetje goed dat de overige sprekers onze tekst bijna letterlijk overgenomen hebben. Wij hebben in het verleden namelijk gezegd dat onze allereerste zorg voor Rijsbergen is de zorg voor een leef baar en een financieel gezond zelfstandig Rijsbergen. Niet ten koste van alles, wel op de eerste plaats. De punten die door de vorige sprekers zijn aangesproken en aangestipt die kan ik alleen maar onderschrijven. In de vergadering over de positionering, in de gezamelijke commissievergadering, in de laatste raadsvergadering heeft Werknemersbelangen ook weer ingebracht dat een leefbaar en financieel haalbaar Rijsbergen tot de mogelijkheden moet behoren. Zelfstandigheid is een nobel streven en daar waar knelpunten zich

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1991 | | pagina 158