- 12 - één van voorwaarden van dat voorstel is dat de beslissing over het rapport Konijnenbelt, zijnde de invoering van de Bredase stadsregio, pas zal geschie den nadat alle alternatieve mogelijkheden uitgewerkt zijn. Hier kan de botte nek o.i. binnen de politieke partijen niet zitten gezien de raadsnotulen van juni 1990 en maart 1991. Diverse fracties hebben toen al vraagtekens geplaatst over deelname binnen de stadsregio. Voorgesteld is en zelfs aange dragen door alle partijen, om alternatieven te onderzoeken naast deelname in de stadsregio. Want als je alternatieven hebt kun je pas een keuze maken. Nu de tijd dringt omdat mede dit jaar het rapport Konijnenbelt in een raadsbe sluit genomen zal moeten worden. En er nog steeds geen alternatieven onder zocht zijn. En het college helaas liet blijken geen alternatieven te willen onderzoeken, heeft de fractie dorpsbelangen de plicht op zich genomen om de discussie over de alternatieve mogelijkheden voor de positie van onze gemeente nu ter hand te nemen. De vraag is nu gerechtvaardigd welke mogelijk heden. Bij de fractie Dorpsbelangen staat centraal behoud van de zelf standige en leefbare gemeente Rijsbergen in de autonomie die het nu bezit. Dus zonder deelname in de stadsregio. Met de zelfstandigheid in de huidige autonomie bouw je zelf de bevoegdheid op over de beslissingen zoals een dorpsplan, woonwijk, bestemmingsplan buitengebied etc.. De leefbaarheid trekken wij in het licht van de betrokkenheid met de bevolking, het netwerk van de verenigingen in Rijsbergen en de financiële belastingen per hoofd van de bevolking en het voorzieningenpakket wat nu in ons dorp aanwezig is. De kern van de nota toekomstig perspectief 1988 geeft dezelfde koers weer. Doch de positionering, het rapport van de positionering in juni 1990 heeft naast optie om zelfstandigheid op te waarderen gepleit voor toetreding in de stads regio. Indien de politiek achter de toetreding tot de stadsregio blijft staan, zoals verwoord in het huidige rapport Proffessor Konijnebelt blijft er geen spaan overeind van de genomen raadsbesluiten in 1988 en 1990. Met de toetreding namelijk tot de stadsregio volgens het huidige concept worden bestuurlijke taken grotendeels overgedragen. Er wordt gepoogd harmonisatie te verkrijgen via gemeente belastingen. Wij verwachten dan dat de financiële druk per hoofd van de bevolking mogelijk fors omhoog kan lopen. In het geloof om een zelfstandige gemeente te blijven blijven worden wij gesteund door o.i. de contouren-nota op onderdelen en de nota samenwerking op niveau. De eerste nota stelt namelijk, herindeling is wenselijk en in de sterke verweving van belangen en bevoegdheden van een autonome gemeente in het gedrang komt. Dit is in onze positie van de gemeente nog niet aan de orde. Of indien bebouwing met elkaar overlopen in een centrumgemeente. We hebben in o.i. een prima buffer met het gebied de Krabbebossen en de Rit t.o.v. de gemeente Breda. Verders vermeldt men of de lokale basistaken zelfstandig behartigd kunnen blijven. Hiervoor is het ambtelijjk apparaat opnieuw opgestart en heeft er reorganisatie plaats gevonden. De gemeente moet naast lokale taken specifieke taken kunnen vervullen. Bekend zijn de bovenlokale taken van het expeditiecentrum Hazeldonk en de komst van Piusoord. De nota samenwerking op niveau onlangs verschenen via de staatssecretaris pleit voor het handhaven van 3 bestuurslagen en uitbreiding van de wgr alleen in de groot stedelijke gebieden, zijnde aangegeven werden er 4, dus niet inclusief de gemeente Breda. Dit alles overwegende dient de gemeente Rijsbergen geloof in eigen kunnen nu zeer sterk te profileren en de kansen op bestuurlijk niveau te grijpen om een volledige zelfstandige gemeente te blijven. Bij voorkeur niet als bijwagen te gaan fungeren binnen de stadsregio. Het tweede alternatief is een samenwerking met de gemeente in de zuid-fracties binnen het Stadsgewest. Gemeente met een overwegend agrarisch karakter aangevuld met een aktieve bedrijvigheid in het midden- en kleinbedrijf overeenkomstig met onze gemeente. Bundeling van krachten zou een versteviging kunnen zijn op het ambtelijk niveau, bestuurlijk zou men krachtiger kunnen fungeren binnen het stadsgewest. Mogelijk derde alternatief is samenwerking binnen Stadsgewest Breda door uitbreiding van de wgr-taken voor het hele Stadsgewest. Hier hebben wij zelfs geen bevoegdheden over. Wij kunnen dit echter wel promoten binnen de provincie, overheid en de landelijke politiek.

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1991 | | pagina 156