- 7 - gaan nog naar de lagere school of anders gaan ze naar een vorm van onderwijs die niet in Rijsbergen zit. Ik heb eens gevraagd, en dat hebben alle raadsleden gekregen van hoeveel van die kinderen zijn dat nou. Het zijn er dan een stuk of 8. Er zitten er nog een paar in Zundert, dan komen we op hooguit 10 a 12 kinderen die daarvoor in aanmerking komen. In het bezwaar schrift staat 20 kinderen. Dat slaat al niet aan, als je een bezwaarschrift maakt moet die gedegen zijn en goed onderbouwd zijn. Dan staat er ook dat ze een kilometer moeten fietsen of moeten lopen. We hebben dat eens gedaan met een paar raadsleden. We kwamen echt niet verder dan een dikke 700 a 750 meter. Dan moeten we nog aftrekken het paadje dat ze dan ook moeten lopen, want dat is 180 meter en dat mag je niet zondermeer overslaan. Dus het was niet een kilometer maar het was 500 a 550 meter. Het bezwaarschrift als zodanig vind ik niet helemaal goed onderbouwd. Natuurlijk moeten wij af wegen, zeker voor de mensen die daar bedrijfsmatig bezig zijn wat we daar mee moeten doen. Maar aan de andere kant staan grote belangen van de heer van Dijk. Als ik dan zie het beperkt aantal kinderen dat daar gebruik van maakt. En juist op het moment dat wij daar lopen te kijken en de zaak eens inventariseren komt er juffrouw van een jaar of 16 a 17 met een grote scooter. Dat overtuigt ook al niet om dat paadje openbaar te houden. Vandaar dit alles overwegende, het belang van de heer van Dijk in ogenschouw nemende, maar ook de belangen van de enkele bedrijven die daar zitten met een heel beperkt aantal kinderen. Want er zijn dus een aantal kinderen die via de Breedschotsestraat het dorp zouden kunnen bereiken. Zijn we toch van mening dat het gegrond is wanneer dit weggetje wordt afgesloten. Wij hopen dat ook de provincie de suggestie als het wordt aangenomen zal volgen. Dhr, van de Rijzen; Ook voor Rijsbergs Belang is dit een kwestie van belangen afweging geweest. Enerzijds de belangen van de onderneming over wiens erf dat pad loopt. Anderzijds de belangen van de mensen die in de Bakkebrugstraat wonen en die te fiets of te voet van het pad gebruik maken. En indien zij richting Rijsbergen gaan daarom een omweggetje moeten maken. Alhoewel wij de bezwaren van deze laatste groep zeker niet onderschatten menen wij toch in te moeten stemmen met het voorstel. Temeer daar in de commissie grondzaken is gebleken dat het stuk wat in de gemeente Zundert ligt na de ruilverkaveling zal vervallen. Daarmee is de rest van het pad ook zonder enige functie gekomen. Dhr. Verschueren: Zoals u al in de commissie grondzaken van 29 april gemerkt hebt zouden wij bepaald niet gecharmeerd zijn van dit voorstel. En wel om deze reden, de bezwaren dat de mensen aantekenen daarin wordt gesteld dat de heer van Dijk toen hij daar zijn bedrijf vestigde op de hoogte was dat er recht van over weg bestond en dat bestaat nog steeds. Het tweede punt wat toch wel zwaar weegt is de kwestie van het openbaar vervoer. Of het nu 500 of 1.000 meter is dat laat ik even in het midden. Mede omdat u zelf aanhaalt op bladzijde 2, dat wanneer de BBA zijn bushalte 350 a 400 meter zou verplaatsen, dat de ménsen die met het openbaar vervoer reizen, bezoekers voor het horecabedrijf Napoleon, dan een te grote afstand moeten afleggen om de halte c.q. het horecabedrijf te bereiken. Dan valt het Werknemersbelangen ook tegen dat het onderdeel wat wij toen ingebracht hebben in de vernoemde commissievergadering aangaande precedentwerking dat u daar verder helemaal niets van uitgewerkt heeft. Zoals u weet bestaan er in Rijsbergen nog diverse fiets- en voetpaden die bij particuliere mensen over de grond komen. Als u dan praat over vandalisme, denk ik dat u dan een stok geeft voor deze mensen om gauw een verzoek in te dienen bij de gemeente om ook tot onttrekking aan het openbaar vervoer over te gaan. Dhr. Rietveld: Wij hebben er in de commissie grondzaken ook al eens uitgebreid over gesproken, we hebben toen ons standpunt gegeven. Het standpunt was dat wij

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1991 | | pagina 151