- 7 - het er nu uitziet. Hij ontkomt er niet aan om op een paar onderdelen een nadere toelichting te geven nu deze zaak weer opnieuw wordt aangevoerd. In het college is er al eens uitvoerig over gesproken. De vraag was wat moeten we daarmee aan. De diskussie gaat er om of er op dit moment sprake is van een formatie van 36 of een formatie van 34. Als men spreekt over 36 dan komen de financiële gevolgen daarvan volledig ten laste van de begrotings post. Zegt men neen, dat is niet het geval, betrokkenen zijn met ontslag, dat is wezenlijk, dan dienen de kosten die daaruit voortvloeien ten laste te komen van de algemene reserve. Het geheel is dan nog te volgen. Het college wil daar best naar kijken. Het is formeel niet juist, er is geen sprake van ontslag van twee personen. Zij behoren nog tot de thans lopende formatie, zij staan nog op de "pay-rol". Over die diskussie gaat het. Vanuit die optiek zegt het college dat deze zaken binnen de normale begrotingspost belast moeten kunnen worden. Hij hoopt dat hiermee duidelijk is gemaakt wat de achtergrond is geweest van de overweging - ten laste van het een of het ander -. Middels de betreffende vakcommissies heeft het college dit ook toegelicht en het is jammer om nu op deze manier zo'n voorstelling van zaken te krijgen. Tegelijkertijd tekent hij hierbij aan dat het college niet van plan is van deze zaak een halszaak te maken. Met elkaar zullen we toch wel de bedoeling hebben om de zaken zuiver te houden. Die zuiverheid is de reden geweest waarom het college meende om het ten laste te brengen van die begrotingspost. Als men zegt wij eisen toch dat het ten laste komt van de post algemene reserve, het zij zo, dan komt het college hier nog op terug wanneer het hoofdstuk financiën aan de orde komt. Dhr. Bourdrez De voorzitter gebruikt zo nadrukkelijk het woord zuiverheid. Dat impliceert dat degenen die andere ideeën hebben dan onzuivere voorstellen zouden doen. Daar heeft hij bezwaar tegen. De voorzitter: Als het nodig is hebben we hier de neiging om pittige diskussies te voeren. Hij heeft geenszins de bedoeling gehad te insinueren dat hier sprake zou zijn van een onzuiver voorstel. Hij heeft alleen aangetoond dat vanuit de achtergrond van de presentatie die het college middels de begrotingsvoorstellen heeft gedaan, geprobeerd is de zaak zuiver te benaderen door een afweging'-te maken ten laste van welke post het zou moeten komen Dhr.v.d.Sande: Zojuist stelde hij een vraag over het getal. Toen merkte u op dat er in tijdslijn een verschil is tussen het maken van een begroting en de samenvatting door de commissie Welzijn. Hoe vertaalt u dat in guldens Daar zit ook een tijd tussen. Is het getal dat nu in de begroting staat juist of komt daar nog een verandering in De voorzitter: Nogmaalsin het hoofdstuk financiën komen we hierop terug. Met betrekking tot het hoofdstuk personeel nog een opmerking. Ook naar aanleiding van het betoog van Dhr.van Steenoven waar het ging over bevordering/aanstelling van personeel. Goedbedoeld, maar hij moet toch een beperking voorhouden door te verwijzen naar artikel 209 onder P van de gemeentewet. Die schrijft voor dat aanstellen van personeel een zaak is van

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1990 | | pagina 66