- 34 - Ik heb gezegd dat het een indruk geeft van wat de uitwerking is van uw voorstellen. De uitwerking van het voorstel is dat bij de invoering van 1991 er weliswaar een hele kleine terugave is (of neutraal blijft)maar dat er toch een verschuiving plaats vindt van gebruikers ten voordele van de eigenaren. Als dat gesaldeerd wordt over een aantal jaren door en je uit gaat van een jaarlijkse stijging van 3%, vallen binnen 4 of 5 jaar de klappen toch aan de kant van degene met een minimum inkomen en een goedkopere huur. Die komen daar in de knel te zitten en dat is in strijd met datgene dat wordt gepropageerd over een minimabeleid. Ook ik lees brochures van een landelijke partij die op dat terrein nogal wat werk heeft gedaan. Ik zou u in overweging willen geven, als u zegt te hebben doorgerekend, duide lijkheid te geven naar die groepen toe. Hoe u de uitkomst die er keihard ligt, kunt vertalen als een bescherming voor die groepen, is de hamvraag en daar moet u op antwoorden. Dhr, van Steenoven: als u de amendementen die we ingediend hebben goed leest, vindt u daar nergens in terug dat wij vast houden aan die gelijke bedragen. We hebben de afgelopen week binnen de coalitie een aantal zaken met elkaar op een rijtje gezet. Daar is door onze coalitie-partner ingebracht het gelijke tarief voor eigenaar/gebruiker en voor niet eigenaar/gebruiker. Wij hebben dat niet terug laten komen in ons amendement, dus als u mij in eerste instantie had laten praten, dan had ik u duidelijk kunnen maken dat het C.D.A. op dat standpunt terug komt. De voorzitter: als we met handhaving van dat verschil de zaak doorrekenen, krijgt u toch hetzelfde effect, maar op een andere manier dan wanneer er werkelijk sprake is van een tijdelijke verlaging. Als in de loop van het volgend jaar komt vast te staan dat er dan sprake is van een verhoging, krijg je weer een enorm schokeffect en wordt de gewekte verwachting door een eenmalige verlaging teniet gedaan door een te extreme verhoging. Dhr. Bourdrez: er is geen sprake van een verlaging, burgemeester. Er is door u nog een vraag gesteld aan mijn collega over hoe wij die dekking willen vinden voor het minimabeleid. Die dekking is in de eerste plaats te vinden bij de 90.000,extra, die u al een bestemming heeft gegeven. Die zweefde boven de'begroting en die hadden wij daar precies voor bestemd. De voorzitter: dat hebben we wel begrepen. Ook als u die differentiatie inbrengt is het effect een eenmalige verlaging en vervolgens moet u de inhaalmanoeuvre doen, met alle gevolgen van dien. De schokken die daardoor ontstaan zijn dan voor die groepen erg hoog en daarom vragen wij om voorzichtigheid en terughoudend heid te betrachten met betrekking tot dat soort zaken. Ik heb ook de relatie gelegd met datgene wat ook in 1981 is gebeurd en met vervolgens de doorwerking tot op heden. Was dat toen niet gebeurd dan hadden we m.b.t. onze reserves een andere positie gehad en hoogstwaarschijnlijk minder problemen gehad met de zaken die nu op ons afkomen. Met dat ervaringsgegeven in het achterhoofd vraag ik me af of het nu wel zo verstandig is om op -dit moment al zo rigoreus maatregelen te nemen. v

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1990 | | pagina 130