- 12 -
DhrVan Steenoven merkt op dat in het voorstel zoals het hier voorligt
binnen de commissies de fractie aan de ene kant van de tafel en de fracties
aan de andere kant van de tafel even sterk vertegenwoordigt. Drie mensen van
Rijsbergs Belang en C.D.A. en drie mensen van Dorpsbelangen en
Werknemersbelangen. De coalitie geeft hiermee duidelijk aan in welke
richting zij wilt. Hij vindt dat "onder-vertegenwoordigd zijn" niet terecht.
Dhr. Van de Sande zegt op de opmerking van dhr. van Steenoven dat er nog
steeds een bestuurlijke nota aan ten grondslag ligt waarin staat in het
reglement van orde van de commissie dat er uit elke fractie 2 personen
vertegenwoordigd moeten zijn, gezien het aantal raadsleden. Dus per saldo
zitten we met vijf. Vijf maal twee is tien. En zoals de zaak nu ligt krijgen
deze twee vakcommissies zes mensen plus vier voor de commissie begroting en
rekening. Dat is ook zo'n item. Men beslist nu mondjesmaat over onderdelen.
De werkwijze van de commissie voor begroting en rekening is niet volledig
gedetailleerd en uitgewerkt. Dat is toch een situatie die heel duidelijk
moet zijn. De tijd vandaag is erg kort maar men zit nu toch een besluit te
nemen. Men zal straks weer terug moeten naar een herziening van het besluit
van reglement van orde voor de commissievergadering. Daarin staat dat per
commissie 6 leden aanwezig mogen zijn. Nu wordt een aantal van 4 leden
voorgesteld voor de commissie van begroting en rekening. Dat is
tegenstrijdig aan hetgeen in het reglement van orde van de commissie
vergaderingen wordt gesteld. Op.deze manier worden de commissies enigszins
uitgehold. Het zijn twee commissies.' Het aantal mensen per commissie wordt
minder. In de commissies wordt het grootste gedeelte van beraadslaging en
voorbereiding voor de raad gedaan. Die twee vakcommissies moeten in principe
uitgebreid worden met een raadslid. Hij stelt voor om de commissie
grondzaken uit te breiden met zijn persoon. De commissie welzijn en milieu
zou uitgebreid kunnen worden met de aanwezigheid van dhr. Rietveld.
,De voorzitter geeft Dhr.v.d. Sande gelijk als hij verwijst naar het
reglement van orde. Dat' betekent echter wel dat hij alles moet lezen. Van
begin tot het eind. Dat houdt in dat in hetzelfde reglement van orde staat
vermeld dat er per commissie 6 leden zijn. En dat, rekening houdend met het
aantal commissies, men per raadslid hier nooit in meer dan 2 commissies kan
zitten, Dus wat dat betreft is er niets aan de hand. Hij had nu ook verwacht
dat dhr. van de Sande bij zijn opmerkingen zou betrekken het voorstel van
wijziging, zoals dat door dhr. Van de Rijzen is ingebracht, en aannemende
dat dat wordt overgenomen, op dat moment het reglement van orde helemaal
correct wordt gehanteerd. Hij kan zich best indenken dat dhr. van de Sande
stelt dat hij zich wat tekort gedaan voelt. Het is een stuk politieke
realiteit dat men in verhoudingen met elkaar probeert tot invulling te komen
van de commissies, evenzo zoals dat in het verleden tot stand is gekomen.
Dhr. Van Steenoven heeft hé"ël duidelijk aangegeven dat waar men misschien op
basis van verhoudingen tot een invulling kan komen zij duidelijk hebben
gekozen voor een paritaire invulling van coalitiepartijen en
oppositiepartijen. Dat is in ieder geval ook een handreiking die men niet zo
maar even onder het gras kan wegschoffelen.
Hij hoopt niet dat Dhr.v.d.Sande de indruk heeft dat men het instellen van
een commissie voor begroting en rekening er vanavond door wil drukken. Ook
dan moet hij weer verwijzen naar het voorstel zoals het de raad is
aangereikt en dan citeert hij"voor de vergadering van 28 juni 1990 zal U
een voorstel bereiken voor het instellen van een commissie voor begroting en
rekening". Als men zegt dat men daar nu nog niet over wil praten, dan kan
men op z'n wenken bediend worden, want op 28 juni ligt er een voorstel
hiervoor in de raad en dat houdt in een afzonderlijk reglement voor de
commissie voor de begroting en de rekening met allespelregels daarin en de