- 3 -
3. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OM AAN TE SLUITEN BIJ DE
GEMEENTELIJKE KREDIETBANK BREDA.
(BIJLAGE 109)
Dhr. Van de Rijzen zegt dat hierover in de commissie financiën van juni is
gesproken. Het is hem niet duidelijk wat de kosten voor de gemeente, zullen
zijn. Hij heeft gelezen een bedrag van 475,per geval van schuld,
sanering of bemiddeling. Er wordt een risicofonds opgebouwd van 2% boven de
normale rente. Men heeft er in die commissievergadering over gesproken om
dat fonds in het beheer van dë gemeente te houden, om zodoende zo vat op de
zaak te krijgen en te houden. Men heeft tevens verzocht om de gemeente
allerlei inzichten te laten krijgen in de totale bedragen en personen. De
voorzitter zou dit meenemen en bij het opmaken van het contract zou het
college daar rekening mee houden. Dat blijkt niet uit het stuk maar
misschien is het toch gebeurd.
Dhr, van de Sande zegt dat hij uit het stuk wel begrepen heeft dat
fondsvorming in Breda gaat gebeuren. Hij vraagt of er over het bedrag dat
voor Rijsbergen gereserveerd gaat worden een rentevergoeding gegeven
wordt?
Dhr, van den Bemd zegt dat het thans liggende raadsvoorstel in de
commissie financiën en welzijn in juni behandeld is. Er zijn vragen gesteld
c.q. opmerkingen gemaakt. Nadien heeft het college zijn huiswerk gemaakt.
Het college 'heeft een bespreking gevoerd met de directeur van de
gemeentelijke kredietbank Breda. De vraagstelling die vanuit de commissie
naar voren is gekomen was voor het college in ieder geval voldoende
duidelijk na het gesprek met de directeur, om een raadsvoorstel aan de raad
voor te leggen. Het voorstel is uitgebreid samengesteld. Het is een
duidelijk voorstel. Men haalt een aantal onderdelen van artikel 7 van de
bijstandswet aan. Als men de zaken rustig op een. rijtje zet, dan kan men
zich toch een duidelijk beeld vormen van het agendapunt en dat zou ten
slotte moeten resulteren in aansluiting bij de gemeentelijke kredietbank in
Breda. Destijds heeft men inderdaad gevraagd of de reservering van dat potje
in Rijsbergen zou kunnen plaatsvinden. Dat kan niet, maar binnen de
kredietbank wordt dat potje voor de gemeente Rijsbergen apart vastgesteld.
Iedere keer als er een aanvrage komt dan wordt 2% in dat fonds opgenomen. De
gemeente krijgt in de vorm van een overeenkomst, die ook bij de stukken ter
inzage lag, regelmatig uitsluitsel en informatie over de stand van zaken van
overeenkomsten die eventueel aangegaan worden door cliënten uit Rijsbergen
bij de gemeentelijke krediet bank in Breda. Elk voorstel passeert de
college-vergadering. In één van de artikelen van de overeenkomst wordt het
college een overzicht verstrekt van de zaken die in behandeling zijn. De
heer v.d. Sande heeft nog een vraag omtrent rente-vergoeding. De gemeente
Rijsbergen gaat aansluiten in navolging van vele andere gemeenten. De
noodzaak blijkt thans harder aanwezig te zijn dan in het verleden omdat nu
in Rijsbergen zich het feit voordoet dat sommige inwoners van Rijsbergen bij
andere bankinstellingen niet meer geholpen kunnen worden, en dat zij nog wel
via de kredietbank een financiële zaak kunnen regelen.
Op blz. 3 en 4 wordt gesproken over de schuldbemiddeling en schuldsanering.
De kosten zijn, als de gemeentelijke Kredietbank heel die aanvraag
behandeld, f 475, Die kosten worden verwerkt in de overeenkomst die de
gemeente Rijsbergen met de cliënt uit Rijsbergen aangaat.