- 4 - Na de schorsing krijgt dhrJochems het woord. Dhr. Jochems zegt dat hierover al ontzettend veel gesproken is. Het college wil op de eerste plaats toch duidelijk naar voren brengen, ook al wordt het wel eens anders vertéld, dat het college unaniem voorstandei is van verkoop woningwetwoningen, alleen onder de bekende voorwaarden. Dat die voorwaarden volgens de raad lang zijn uit gebleven, daar heeft elke partij zijn eigen conclusie' uit getrokken. Hij doet een poging om dat recht te zetten. Er is index'daad in twee commissievergaderingen hierover gesproken. Maar hij denkt dat men het met hem eens is dat dat vrije discussies waren. Alle meningen van elke partij zijn toen op tafel gekomen. De laatste commissievergadering was erg rumoerig. Het leek wel een "Poolse landdag". Daar kan men geen raadsvoorstel van maken. Daarnaast is er nog een voorlichtingsavond geweest, georganiseerd döor Werknemersbelangen. Alle lof daarvoor. Hij was daar zelf ook voor uitgenodigd en er waren 2 sprekers uitgenodigd die toch een klein beetje op de lijn zaten van het college. Dan kan men wel zeggen dat is niet belangrijk want het was een avond van een politieke partij, georganiseerd voor de gemeenschap. Toch had hij de stille hoop dat men op één lijn zou kunnen komen. Dat is echter niet gebeurd. Het college heeft alle begrip voor de mening van de raad. Hoeveel jaar men er aan gewerkt heeft is voor het college niet zo belangrijk. Het belangrijkste is de visie van de partij die vindt dat er woningwetwoningen verkocht moeten worden. Dat vindt het college ook. Alleen houdt het college toch vast aan de normen die niet vertaald zijn in het initiatiefvoorstel en dat is dat elke woning onder een huurprijs van f 450,ligt. Dat vindt het college onaanvaardbaar. Daarnaast vindt het college dat iemand die meer dan f. 40.000,00 verdient, niet in aanmerking zou moeten kunnen komen voor het kopen van een woningwetwoning. Een goed volkshuisvestingsbeleid is een beleid dat gericht is op langere termijn. Hij weet dat het moeilijk is om op langere termijn de politiek duidelijk te maken dat dat een goede zaak zou zijn. Hij vraagt zich af wanneer er over 10 of 15 jaar andere bestuurders hier zitten, wie er dan zijn vinger opsteekt voor de sociale problemen die dan op dat moment de kop opsteken. Dat is datgene wat het college op dit moment de grootste zorg baart. Wat heeft men nu eigenlijk te verdelen zonder in te gaan op de inhoudelijke discussie van het voorstel. Er zijn 25 woningen onder, f 350, 76 woningen onder f 450,en 101 woningen boven f 450, De raad heeft de afgelopen jaren gezegd tegen het college dat Rijsbergen een bepaalde groei zou moeten krijgen. Hoe moet het college dan wanneer de huursubsidie inmiddels is afgeschaft., een persoon die werkelijk een huis nodig heeft aan een woning helpen. En dan zult u zeggen dat het maar een klein gedeelte is wat op dit moment gebruik wil maken van die verkoopregeling. Het college vindt dat er geen enkele woning onder f. 450,gemist kan worden. Dhr. Utens heeft de opmerking gemaakt dat hij het eigenlijk niet zo vertrouwt. Dhr. Utens vroeg zich af of het initiatiefvoorstel ook werkelijk wordt uitgevoerd als het wordt aangenomen. Natuurlijk wordt het dan uitgewerkt. De raad beslist. En de raad draagt het college op dit initiatiefvoorstel uit te werken. De relatie die dhr. v.d. Sande er bij haalt, door eventueel verkopen van het woningbedrijf aan een stichting of woningbouwcorporatie, moet hij ten sterkste ontkennen, want dat is niet waar. Hij is als portefeuillehouder twee keer bij een vergadering van de Laurentiusstichting aanwezig geweest, gewoon op uitnodiging van de Stichting. Hij denkt dat hij daar als portefeuillehouder vrij in is om daarnaar toe te gaan en te luisteren wat hun voorstellen zijn. Daar is nog nooit concreet over Rijsbergen gesproken. De woningbouwvereniging Laurentius heeft op dit moment de opdracht gekregen om de zaken uit te werken zoals zij er over denken. Hij heeft gezegd laat het maar financieel op papier zien en

Raadsnotulen

Rijsbergen: 1940-1996 | 1989 | | pagina 5