- 12 -
Allereerst voel ik mij toch genoodzaakt terug te grijpen naar de algemene
beschouwingen van vorig jaar. Ik citeer "het zou wenselijk zijn om de
definitieve jaarrekening 1987 tegemoet te mogen zien in de maand juni 1988.
Dit lijkt ons zeer tot de mogelijkheden te mogen behoren nu de
automatisering haar intrede heeft gedaan". Als hij dan nu ziet hoe het één
en ander in het voorbije jaar in zijn werk is gegaan, dan moet hij
konstateren dat wij er niet op vooruit maar beter gezegd op achteruit zijn
gegaan. Op 29 september jl. mochten de raadsleden de begroting van 1989
ontvangen. Hier zitten we dan op 20 oktober, drie weken later, en dan te
weten dat de meeste raadsleden nog andere functies in het Rijsbergse te
vervullen hebben. Alles bijelkaar betekent dit dat wij een viertal avonden
de tijd hebben om te beslissen wat er in de komende 365 dagen te gebeuren
staat en hoe ons aller belastinggeld besteed zal gaan worden. Dit alles
zonder de aanwezigheid van de jaarrekening 1987. Dit vinden wij geen
verantwoorde wijze van werken. Wij kunnen ons niet aan het idee onttrekken
dat de gemeente op vergelijkbare wijze zou moeten functioneren ais een
bedrijf en dat organisatie, reorganisatie en beslissingen over grote sommen
geld in alle rust en met voldoende ruimte voor grondig onderzoek en
overwegingen zou dienen te geschieden. Met belangstelling en toch nog hoop
en vertrouwen op verbetering zullen wij de verrichtingen volgen uitgaande
begroting voor 1990, opdat wij deze wel in augustus van het volgend jaar
mogen ontvangen. Om dat te kunnen bewerkstelligen zullen alle middelen
moeten worden aangewend om het werkklimaat bij de ambtenaren te verbeteren
en daar zal ons inziens meer voor nodig zijn dan alleen een nieuwbouw. Voor
het volgende jaar zien wij de volgende hoofdzaken.
- milieu;
- de welzijnsnota;
- het woningbeleid;
- het bedrijventerrein;
- de oudere nota;
- de invulling van het dorpsplan;
- aanbouw en verbouwing gemeentehuis.
Algemeen bestuur.
De financiële vertaling van het algemeen bestuur leidt tot de navolgende
constateringen
1. De personeelslasten van het gehele ambtelijke apparaat zijn met 46.000,00
gulden gedaald. Dit als gevolg van:
de afvloeiingsregeling vaneen medewerkster in de civiele dient
Daling van de pensioenlasten door het wegvallen van het backservice
pensioen
Daling pensioen van de voormalige wethouder
Dit in ogenschouw nemende komt hij tot de conclusie dat de personeelskosten
sec met f 10.000,gestegen zijn. Op zich is dit een minimaal bedrag. Het
automatiseringsproces heeft echter nog niet geleid tot besparing op de
personeelskosten. De totale uitgaven voor automatisering zijn nu opgelopen
tot f 390.000,in de voorbije 3 jaar.
Wij onderkennen dat automatisering noodzaak is, doch parallel hiermede in de
besluitvorming, is het rendement uit deze investeringen.
Welke taakstelling heeft het college zich opgelegd inzake het rendement
voortvloeiende uit de investeringen voor het automatiseringsproces.
De voorzitter interrumpeert en vraagt voor alle duidelijk of dhr. Godrie
voor automatisering een bedrag van f 349.000,00 noemt.
Dhr. Godrie zegt dat hij dit even moet nakijken.